Al
Een jaar of tien geleden kreeg het
Regionaal Archief Alkmaar een
bijzondere foto binnen. Op de zwart
wit foto stond een groep jongeren
afgebeeld in een padvinderachtige
outfit. Het schoolgebouw op de
achtergrond was onmiskenbaar de
katholieke lagere school van Oudorp
uit de vorige eeuw. Linksonder op de
kaart stond een handgeschreven,
mysterieuze tekst:'Groenhemden
Oudorp-Sint Pancras, 17 mei 1931'.
Voetballiefhebbers zullen snel
geneigd zijn 'groenhemden' met sport
te associëren ('de groenhemden van
Vrone waren volstrekt kansloos tegen
een oppermachtig Kolping Boys'),
maar de uitdossing van de jongeren, de
vaandeldragers linksachter op de foto
en de aanwezige priester doen anders
vermoeden. De naar schatting 15 a
16-jarige jongens zijn uniform gekleed
en staan keurig in het gelid. Zij dragen
een baret met insigne, een overhemd
met een zwarte stropdas, een zwarte
kniebroek, lange zwarte kousen en
lakschoenen. De jongens kijken
plichtmatig naar het oog van de
camera. Alles wijst op een groep
katholieke jongeren. Jonge
vertegenwoordigers van 'de nieuwe
orde', zoals die opkwam in Italië in de
jaren dertig en waarmee het
katholicisme begiftigd was geraakt,
kunnen het niet zijn. Het zijn ook geen
Kolpinggezellen: die droegen geen
uniform. Wie waren het dan wel?
Jonge Werkman
Juist in deze crisisjaren bogen de vijf
bisdommen van Nederland zich over
het vraagstuk hoe het jeugdwerk
onder de katholieke jongeren aan te
pakken. In de industrierijke gebieden
en grotere steden vreesde de
geestelijkheid de aantrekkingskracht
van vooral socialistische verenigingen.
In die streken en plaatsen werd het
brave, vormingsgerichte Patronaats-
werk met toneel, zang, een potje
dammen en retraites voor de
adolescente katholieke mannelijke
arbeidersjeugd ontoereikend geacht
om hen binnen de eigen gelederen te
houden. Vandaar dat in Limburg, op
initiatief van de priester H. Poels,
afdelingen werden opgericht van de
leerstelliger katholieke jongeren
organisatie De Jonge Werkman. Na de
oprichting in 1912 ontstonden er
afdelingen in de bisdommen
Roermond, Den Bosch, Utrecht en
Breda.
In bisdom Haarlen, ons bisdom, lag het
primaat bij het Patronaatswerk van de
Sint Josephs Gezellen Vereniging. Dit
blokkeerde de oprichting van
diocesane afdelingen van De Jonge
Werkman. De Gezellenvereniging bleef
de enig erkende organisatie voor de
katholieke arbeidersjeugd. Dat wil
niet zeggen dat er geen pogingen zijn
ondernomen om De Jonge Werkman
in Kennemerland en West-Friesland
te introduceren. Bij manifestaties in
het bisdom Haarlem maakten leden
van De Jonge Werkman meermalen
hun opwachting in hun metaalgroene
shirts, bruine riem met koppel, korte
bruine broek, grijze kousen, een bruine
alpenmuts met een driehoekig insigne
(blauw tandrad, rode hamer en een wit
Christusmonogram). Zij begroetten
elkaar met 'Voor Christus onze Koning,
God wil het. Amen'. Men kan
veronderstellen dat er op de
bijgaande foto een groep bezoekende
Jonge Werkmannen is vereeuwigd.
Cf^QENHEMöEN
Ju0ohp.STPa/v
'7Mi,. „3,
A Groenhemden, Oudorp-Sint Pancras, 17 mei 1931
34 KRONIEK VAN OUDORP 2016
Oudorp