Een zwarte dag voor Oudorp, Guurtje
Morsch ontvangt in haar cafeetje de
aandeelhouders van de plaatselijke
kaasfabriek Noord-Holland IV. (de
betekenis van de naam kon niet
worden achterhaald) Op deze
buitengewone vergadering worden de
mannen vergezeld door hun dames.
Het is de begrafenis van de fabriek,
zoals secretaris-penningmeester Gerrit
Bos Willemszoon zou optekenen in
zijn laatste notulen.
Petrus Blom, directeurvoorzitter van
de Oudorper kaasfabriek opent de
plechtige bijeenkomst met een rede.
Hij herinnert aan de geboorte van de
onderneming bij de Halvemaansbrug,
in 1884. Reeds in de eerste winter was
de fabriek lijdende aan 'kort in de kaas'
(niet de juiste zuurgraad). Ernstige
woorden van de voorzitter, die bij de
dames genoeg zijn om hun zakdoek te
nemen en deze droog bij gebrek aan
Eeau de Clogne) voor de ogen te
houden. Gelukkig kan Petrus Blom
daarna woorden van bloei melden.
Secretaris Gerrit Bos verwoorde de
begrafenis beeldend in het
notulenboek. Hem in 1893
burgemeester geworden van Oudorp
was dat wel toevertrouwd. Als
veehouder behoorde Gerrit Bos tot de
oprichters van de onderneming. Hij zat
in de voorlopige commissie van
bestuur van de op te richten
Vereniging kaasfabriek Noordholland
IV, dat begin augustus 1884 een stukje
weiland kocht van de gemeente op
de hoek Heerenweg-Breelaan. De
andere drie commissieleden waren
Wouter Buuren, Simon de Jongh (beide
veehouders) en Willem Bos. Laatst
genoemde, vader van Gerrit Bos, was
burgemeester van Oudorp tot zijn
dood in 1893.
Stolpmodel
Er werd een kaasfabriek gebouwd als
stolpmodel en al half september 1884
startte er de gezamelijke
zuivelbereiding
De productie en verkoop van kaas was
geen vetpot. De eerste zes maanden
van het boekjaar 1899 leverden een
Breelaan met zicht op de Halvemaansbrug. Links de Noord-Holland 4 als stolp.
De tot woning verbouwde leerfabriek ca. 1930
j De leerfabriek in vervallen toestand A
TSK 22 KRONIEK VAN OUDORP JUNI 2014
EMOTIE BIJ BI