Ai I Molen A van de Zes Wielen gelegen te Oudorp Zoals in de Kroniek van Oudorp editie 2010 (over de kanalisatie) is verteld, werden van de 'molens achter Oudorp' drie exemplaren gesloopt in verband met de omstreden Westfriese kanalisatie. In dit kader diende ook de Hoornse Vaart verbeterd te worden. De scheepvaart werd belemmerd door de schutsluis aan de Zeswielen en diende te worden opgeruimd. Ook molen A aan de Molenkade moest wijken. Maar wat is er daarna mee gebeurd? Twee medewerkers van het Openluchtmuseum te Arnhem laten wij aan het woord. Sllditing V HisrortidÜ Onrforp De bepoldering en de invoering van de windbcmaling door de dorpen in het Geestmeranrbacht vond plaats in de eerste helft van de 16e eeuw. De boezem die de verbinding moest gaan vormen met de omliggende plassen en meren werd later de Geestmerambachts- of Raaksmaatboezent genoemd. Toen op 6 maart 1623 de aangevangen droogmaking van de Heerhttgowaard was voltooid, bleek het noodzakelijk 0111 op de Nieuwe Vaart naar Alkmaar een viertal strijkmolens te bouwen die de Raaksmaatboezem zouden moeten ontlasten 42 - KUuMll K VAK OUm>RI' IUNI 20] I door ahnaling op de Schermerboezem. Omstreeks 10227 zijn er nvee molens gebouwd A en B) en in 1630 zijn er nog eens vier aan toegevoegd (C.D.E en F), zodat er totaal zes strijkmolens gerealiseerd zijn. De zesde molen (F) verbrandde in 168<8 en is niet meer herbouwd. De resterende vijl molens hebben dienst gedaan tot 1 04(1. Als gevolg van de kanaalwerken werd een deel van de Raaksmaatboezem gemeen gelegd, dat wil zeggen dat het niveau verschil werd opgeheven, met de Schermerboezem, waardoor

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek van Oudorp | 2011 | | pagina 42