Aï delegatie haar conclusie en volgde haar eigen plan. Zij hadden namelijk reeds een alternatief initiatief op de plank liggen met IJsclub de Omval en de nog immer, rustend, bestaande IJsbaanclub De Quint. Na de afwijzing van de Heiloënaren ging men direct samenwerken en werd de herstart van het fenomeen de Quint een feit maar nu in de Oudorpse zuid-oost hoek, de Kraspolder. Hiervan werd in de jaren '20 al gebruik van gemaakt door de ijsclub van De Omval die het terrein 's winters huurde van eigenaar Arie de Koning. Helaas was de winter van 1929 1930 zeer zacht zodat er nergens, dus ook niet op de Quint, kon geschaatst. Winter 1930 - 1931 Voor het enorme ondergelopen stuk grond aan de Omval werden zoveel bezoekers (en dus meerwaarde voor Alkmaar) verwacht dat de 'IJsclub aan den Omval' op 14 september 1930 aan de gemeenteraad van Alkmaar een gehonoreerd verzoek om subsidie indiende voor de mede door haar op Oudorps gebied geëxploiteerde ijsbaan. In de winter die pas op 7 februari 1931 begon zijn beide ijsclubs betrokken bij de eerste openstelling van de ijsbaan aan de (oude) Schermerweg welke een oppervlakte had van bijna acht hectaren. Dagkaarten kosten 25 cent en een jaarkaart kostte één gulden. Opvallend was wel dat er nergens anders gereden kon worden en dat in de wijde omtrek alleen de Quint een aantal dagen opengesteld was, wat het toch wel tot een bijzondere schaatsbaan maakte. De baan was zelfs nog per tram bereikbaar vanaf het Schermereiland, omdat De Omval een halte kende van de tramlijn Alkmaar-Purmerend die op 6 september 1931 zou worden opgeheven. Van 7 tot 11 maart zou overigens nog een tweede periode met ijspret volgen. Dit ging overigens niet zomaar, aangezien men geen vorst meer verwachtte en de baan droog stond. Door snel de pompen weer in werking te zetten, kon er echter weer een aardige ijsvloer worden geschapen waar op zondag weer 700 ijssportliefhebbers van konden genieten. Tien baanvegers uit Alkmaar en acht uit de Omval hielden de natte baan in acceptabele conditie. Winter 1931 -1931 Deze winter begon pas in op 6 februari 1932 en zou uniek worden in de geschiedenis van de beide ijsclubs. Omdat de winter al zo lang op zich had laten wachten, durfden de meeste ijsclubs het aan om de baan open te stellen na slechts een paar nachten vorst. Op de Quint was het een drukte van belang en het ijs lag er spiegelglad bij. Er werden 1400 betalende bezoekers geteld en aan het eind van de middag kwamen daar nog bezoekers van de baan in Heiloo bij die de poorten had gesloten nadat enige tientallen schaatsers daar door het ijs waren gezakt. Op zaterdag 13 februari werden door de AIJC op de ijsbaan in Oudorp officiële wedstrijden georganiseerd over 500, 1500 en 5000 meter, waarbij alle geselecteerd schaatsenrijders - tegenwoordig zouden we van kernploeg spreken - die in Davos hadden getraind aan deel zouden nemen. De 43 wedstrijdschaatsers verzamelden zich in hotel Proot aan de Langestraat te Alkmaar - het latere hotel Victory dat in februari 1965 haar deuren sloot - en vervolgens werden zij op vrachtauto's van de firma Dam en Co naar de Kraspolder gereden waar het ijs goed berijdbaar maar zacht bleek door de ingezette dooi. De wedstrijden werden tegen twee uur goed bezocht door het publiek. De winnaar van het toernooi over itlchtiug Hfrtoritch^ Oudwp 500, 1500 en 3000 (vanwege de dooi) meter werd de bekende Wim Keetman uit Winkel die ook de 1500 meter won in 2 min. 58,6 sec. De 500 meter werd overigens ook door een provinciegenoot gewonnen, te weten Klaas Schenk en ook de 3000 meter werd via de Amsterdammer Van de Ruit een Noordhollandse prooi. Tevens werd oud schaatskampioen J.P.de Koning op het ijs gesignaleerd. In hotel Proot had 's avonds de prijsuitreiking weer plaats. Een zilveren beker met de vermelding dat dit de eerste beker was die op de Quint werd verreden, werd overhandigd aan winnaar Keetman. Dank werd uitgebracht aan de welwillende medewerking van het gemeentebestuur van Oudorp. Bij aanhoudend vriesweer zou de maandag daarop de grote Bondsdag van de Ijsbond Hollands Noorderkwartier (120 verenigingen) in Oudorp worden gehouden, waarbij er over 500 en 1500 meter zou worden gereden met als prijzen medailles en prijzen van 100, 50, 25 en 10 gulden (voor de vereniging waarvan de schaatsenrijder lid was). De opzet was als volgt: verzamelen in de Harmonie in Alkmaar, daar de loting te verrichten en dan in optocht over de Oude Schermerweg langs het Noord-Hollands kanaal achter de muziek aan naar ijsbaan De Quint te lopen. Het muziekkorps kon vervolgens haar kunde bewijzen op een houten dansvloer, die men op de ijsbaan aangelegd had. Helaas won de dooi het van dit geweldige draaiboek. Winter 1932 - 1933 Extra inkomsten verwierf men door een openbare gunning van de pachting van het buffet op de Quint. Kandidaten daarvoor werden in elk geval opgeroepen hun inschrijvingsbiljet voor 8 december 1932 te zenden aan de heer C. Kluft aan de Omval. Hoezeer dat nodig was, bleek enkele dagen later toen in de krant stond dat bij aanhoudende vorst de ijsbaan zal worden geopend voor leden van de Alkmaarse IJsclub en die van de Omval. De krant vraagt zich overigens zich wel af waarom het bestuur van de Quint zo positief is, terwijl er geen enkele ander baan opengesteld kan worden. Aan de andere kant stelt men dat de ijsbaan beschikt over de unieke combinatie van volkomen zoet water en een geheel open ligging zodat een voorsprong op de andere banen uitlegbaar is, mits het windstil was uiteraard.. Helaas was de wens de vader van de gedachte, want de vorst van zaterdag op zondag bleek minimaal te zijn, zodat de baan gesloten bleef en men zich schadeloos stelde door een stuk ondergelopen land achter Oudorp op te zoeken (het landje van Nic. Morsch), waardoor daar in de middag een gezellige ijsdrukte ontstond. De nacht erop vroor het echter aanzienlijk, zodat de baan op maandag 12 december toch opengesteld werd. Ten teken dat de baan open was wapperde de vlag van de Ijsbond Het Hollands Noorderkwartier aan het Witte Huis (aan de Laat, hoek Boterstraat), zodat elke inwoner van Alkmaar kon weten dat ijsverder beschikbaar was. Tevens werd aangekondigd dat bij aanhoudende vorst diezelfde week wedstrijden over 500, 1500 en 5000m zouden worden verreden voor alle 18 Nederlandse schaatsenrijders die op 21 december naar Oslo zouden vertrekken. De officiële toestemming van de Koninklijke Nederlandsche Schaatsenrijdersbond was daarvoor verkregen. Het werd op die maandag bij licht invallende dooi behoorlijk druk en de chocolademelk in het clubgebouw werd hooglijk gewaardeerd. Er waren zelfs hardrijders en schoonrijders van buiten aanwezig, zoals de landelijk bekende Kroniek van oudorp iuni 2010 31

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek van Oudorp | 2010 | | pagina 31