Al Uvjt- tfrfl OVórfó^ oto&fUfy Ucy ovd 4cgpó&Ï3m cy- j^-c\xSiAt>& bcói- ftc ffuift<Sy jL&lcJió oj^ó "o&icj<xd(SyoCcvS fccv gff-VYL-dóy Uj bójthj gófZicl^t- t3J typgöïócipi- <SvuhS- "d <\&i ojo Witt- WW t>oot\j jLétcJLö $ó€óijjr J^'vh£{- góvnjoöbt0 J CfócsZvhvit4^5ött- Jvjyibó J dtf 6>£utcc Jjif bbótcjaZ><hyoBc\,ófrjé- dól tfpckK&Cjófividfiy wiólr ccc^ cjiétu)6f ~Jfoé£) kotScjéfëooi-dj* ftfdttlnjg Uiiioriidtl Outforp OVMHlÓ l&égpljy dat te vinden is in het Regionaal Archief te Alkmaar. Het betreft een verklaring van Jacob Dierten en Gillis van Oudesteijn, beiden schepenen van Heerhugowaard. Zij zijn op de Jagersplaats, die eigendom is van Sijmon de Widt, aanwezig op 12 juli 1654. Hun taak is het om getuigen te zijn van het feit dat mr. Jacob van Veen, in opdracht van de Hoge Overheid, de schuilkerk moet sluiten. Hoe hij eerst de rede van de sluiting aan Sijmon de Wit uitlegt. Afschrift, gedeelte uit de acte die luidt: Dat hij omme en vanwegen ende uit last van de Hoge overheid ten overstaan van ons schepenen op staande voet te sluiten de kerke ojie vergaderplaats der pausgezinden in deze huize gesticht ende opgericht, ende daar op in de kerke geleid ende met gemoede geadmitteert sijn de deuren van de selve vergaderplaats der pausgezinden met een grendelslot toegesloten. De getuigen vertellen verder hoe de deur met een grendelslot toegesloten wordt met twee zegelen van rode was, ingedrukt hebbende het zegel van Heerhugowaard. De één over de schotel op het sleutelgat, de andere tegen het gat aan waar de grendel in sluit. Daarna wordt aan Sijmon de Widt de acte met het bevel van Gualter de Raet duidelijk door de secretaris voorgelezen en overgeleverd. Dit is de tweede keer dat de kerkdeur voor de katholieken van Oudorp wordt gesloten. Het zal nog een keer gebeuren. Drie maal is scheepsrecht. Pastoor B.Voets, een vroegere archivaris van het bisdom Haarlem, vertelt dat er om te kerken een huis in Huiswaard genaamd 'De Capelle', De Jagersplaats aan de Huigendijk en een boerderij aan de Jan Glijnisweg te Heerhugowaard waren. Het zuidelijkste deel van Heerhugowaard behoorde in vroeger jaren tot de parochie Oudorp, evenals Ursem, Koedijk, Huiswaard, Oterleek en een deel van de Schermer. Derde kerk een boetkerk Als de vervolging van de katholieken wat geluwd is durft pastoor H. van Benschop het aan zich in Oudorp zelf te vestigen. Omdat de heren geestelijken geen eigen bezit mogen hebben koopt zijn zus Elisabeth van Benschop de boerderij van dokter van Dijk, in het centrum van Oudorp. Die boerderij staat op De Geest2, enigszins aan het oog onttrokken, op de meest westelijke plek van wat nu de pastorietuin is, omringd door bosgebied. In de schuur van deze boerderij worden de kerkelijke vieringen gehouden. Nog wel in het geheim. De schuur wordt in de loop der jaren steeds meer aangepast tot het uiterlijk van een kerk, een zogeheten 'Boetkerk'. Pastoor H.J.G. van Baaren schrijft het volgende: "De kerk, die doet denken aan het stalletje van Betlehem, moet nederig en armoedig zijn geweest. Een schuur van 16 meter lang en 9 meter breed, wanden van twee a drie meter hoog, gedekt met een rieten dak en een zolder. De torenklok van de hervormde kerk kondigt ook voor de katholieken de kerktijd aan." Op 21 september 1665 wordt het huis en erf groot een morgen (oude maat, een morgen is ca. 3 m2) verkocht aan Maarten Groen, een advocaat te Alkmaar. Pastoor Van Benschop blijft er wonen3. Zijn opvolger, pastoor J. van Aldenhoven, bewoont het huis samen met zijn huishoudster Aafje Remme. Pieter Jans en Maynou, zijn zuster, wonen er zonder huur te betalen. Van Aldenhoven kiest het voorhuis. Aafje krijgt het kleine kamertje Pastoor Henricus van Benschop 26 KRONIEK VAN OUDORP |UNI 2010

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek van Oudorp | 2010 | | pagina 26