Geschiedenis van de rooms-katholieke
kerk in Oudorp
Tweede deel: tijdens en na de Reformatie
In de Kroniek van 2009 vertelden we u over de eerste eeuwen van de rooms-katholieke kerk in Oudorp. In deze
Kroniek gaan we hiermee verder, want het verhaal is nog niet af. We pakken de draad op bij de periode van de
Reformatie. De rooms-katholieken worden in die tijd vervolgd en onderdrukt. Men zoekt schuilplaatsen om
toch bij elkaar te kunnen komen. Zo krijgt boerderij De Jagersplaats in Heerhugowaard een nieuwe bestemming,
namelijk die van schuilkerk.
De roomse pastoor uit de tijd van de Reformatie is
zeer waarschijnlijk Andries Cornelisse Nerdems
(Nordem) geweest. Hij is in 1571 pastoor te Oudorp
en bisschoppelijk commissaris te Alkmaar. Te Amsterdam is hij
overleden en begraven op 16 oktober 1573. Het is niet bekend
wie de opvolger van pastoor Nordems is geworden. Als in
1581 door de Staten van Holland alle bijeenkomsten voor de
katholieken in kerken en huizen worden verboden, de priesters
verbannen of met zware geldboetes gestraft, moet zijn opvolger
vluchten. Hij en zijn parochianen zoeken een schuilplaats om
hun kerkelijke vieringen te houden. Het wordt een boerderij in
Heerhugowaard, genoemd 'De Jagersplaats' (foto). De boerderij
staat op het droge gedeelte van Heerhugowaard die verder nog
water is, op de hoek van wat nu, anno 2010, de Huigendijk en
de Middenweg is. Op de zolder van deze boerderij worden in
het geheim de kerkelijke vieringen gehouden. Er wordt ook wel
verteld dat de vieringen in de kelder hebben plaats gevonden.
De Jagersplaats is in 1918 bewoond door de familie J. Klaver-
Hinke. Volgens voormalige bewoners heeft het pand een zeer
grote kelder met een ingang waarop een jager is afgebeeld.
Sinds 1640 is pastoor H. van Benschop de vaste voorganger
van de St. Laurentiusparochie Oudorp. Op de Jagersplaats
heeft hij tien jaar vertoefd. Uit de tijd, tussen de vlucht van
de katholieken en de komst van pastoor Van Benschop, is
niets bekend. Waarschijnlijk is de priesterlijke taak door
rondtrekkende, als gewone burgers verklede priesters,
waargenomen. Als ergens in het geheim een Heilige Mis wordt
opgedragen, gaan vrome vrouwen langs de huizen om dit
door middel van klopsignalen aan de gelovigen te melden. Zij
worden ook wel 'Klopjes' genoemd. Deze klopjes waren meestal
geestelijke vrouwen die de priesters steunden en godsdienstles
gaven aan de kinderen. Over de Jagersplaats is een officieel stuk
bewaard gebleven in het polderarchief van Heerhugowaard,
Kroniek van Oudorp juni 2010 25