Toen ik in 1961 als de 'nieuwe' burgemeester van Oudorp op een bijzonder hartelijke wijze was ingehaald,
trof ik daar een gemeente aan, waarin nog heel veel bij het oude was gebleven. Zoals in zoveel andere
landelijke gemeenten in die tijd was het er buitengewoon rustig; het was er goed wonen temidden van
prettige mensen, die de goede eigenschap hadden om onomwonden te zeggen hoe ze ergens over dachten.
Oud-burgemeester
van Oudorp
J.H. Kok
Het is nu veertig jaar
geleden dat ik in mijn Oudorpse tijd last had van
een droom. Ik droomde, dat er een echt wonder zou
gebeuren en dat daardoor de zelfstandigheid voor de
gemeente Oudorp, een gemeenschap met een toch
wel eigen identiteit, zou kunnen worden behouden.
Maar zoals wij dat allemaal wel eens meemaken,
werd die droom geen werkelijkheid. De zo lang
gekoesterde zelfstandigheid ging teloor.
De voorstanders van dit feitelijke gebeuren hadden
weinig moeite met het vinden van argumenten. Het
toenmalige gemeentebestuur van Oudorp heeft met
alle kracht geprobeerd aan te tonen, dat ook een
kleine gemeente de voor de regio benodigde werken
kon uitvoeren ook al beschikte die gemeente maar
over een klein ambtelijk apparaat. Deskundigheid
bleek te koop. De bebouwing van het gebied zoals
aangegeven in het streekplan werd aangepakt en tot
uitvoering gebracht. Oudorp heeft de annexatie niet
in stille gelatenheid over zich laten komen.
Niet alleen de woningbouw, maar ook de daarbij
behorende voorzieningen kwamen aan bod. Eén van
die voorzieningen zou in de toekomst een groter
raadhuis zijn. Men was toen van mening, dat een
dergelijk gebouw op een opvallende plaats in het
oude dorp zou moeten worden gerealiseerd. Ieder
die weet wat voor problemen het vinden van een ge
schikte plaats voor een raadhuis doorgaans oproept,
zal onderschrijven dat dit geen eenvoudige zaak is.
Het aantal mogelijkheden in Oudorp was niet zo
groot en zo gebeurde het, dat als toekomstige moge
lijke bouwplaats werd aangewezen het plein Nyen
burgh dat in het bestemmingsplan geprojecteerd
was tussen zorgcentrum 'de Oldeburgh' en het daar
tegenover te realiseren flatgebouw. Daarom kreeg de
stedenbouwkundige Ir. St. van Duin, uit Rotterdam,
het verzoek een schetsontwerp voor een raadhuis op
die bepaalde plek te maken. Er was voor dit raad
huis in de verste verte nog geen program van eisen
opgesteld, zodat de detaillering niet aan de orde was.
In heel korte tijd kwam het schetsontwerp gereed.
Op 19 november 1966 werd in het Noord-Hol
lands Dagblad een tekening van het buitenaanzicht
afgedrukt.
De redactie van die krant heeft de waarde van dit
plan destijds goed getypeerd met de woorden: 'Wens
van het gemeentebestuur'. Door de voortgang van
de Alkmaarse annexatieplannen is het uiteraard bij
die wens gebleven.
Om toch de beoogde centrale functie van het plein
Nyenburgh enigszins te accentueren is toen besloten
om op dit plein een klein klokkenspel te realiseren.
Het is ook mij bekend dat niet iedereen op automa
tische muziek voor de openbare ruimte is gesteld,
maar er zijn ook anderen, bij wie een carillon of een
klein klokkenspel als dit gevoelens van een thuis zijn
oproept. Alkmaar is ook gezegend met mooie klok
kenspelen, die op gezette tijden - net als draaiorgels
dat kunnen doen - warmte en kleur aan de samen
leving geven. Onze voorouders wisten dat maar al te
goed.
Voor Oudorp is dit speelwerk op het plein Nyen
burgh dus het enige deel van de droom dat is uitge
komen. En nog steeds, na 40 jaar, laat het dagelijks
zijn vrolijke klanken horen.
J.H. Kok
Kroniek van Oudorp
2007
9
Een nieuw gemeentehuis