uit voor nog een gesprek, maar nu tezamen met een vertegenwoordiger van de bond. Het bestuur melde het college: 'Naar aanleiding van de bespreking welke wij gehad hebben met uw geacht col lege waarbij wij niet geheel bevredigd naar huis zijn gegaan, zouden wij gaarne nog een bespreking met u willen voeren. Tijdens de gesprekken werd een overeenkomst bereikt. Willibrordus mocht drie van de zes huizen aan eigen leden toewijzen. De nieuwbouw werd enkele weken nadien opgeleverd, maar de vereniging had nog niets van B W vernomen en men wilde de nieuwe bewoners al snel op de hoogte brengen. Venneker had daarmee nog een doel, namelijk de nieuwe bewoners in te schrijven als lid van de vereniging. Daartoe kochten ze een 'aandeel' van fl. 25,00 dat 4 procent rente per jaar zou kunnen opbrengen. Overigens werd tijdens elke ledenvergadering besloten dat dividend in de verenigingskas te laten vloeien. In die periode werden de huurverhogingen via de gemeente geadviseerd. Veel geschreven informatie rest er niet uit die tijd. Zeker is wel dat de corporatie er veel moeite mee had om het gemeentebestuur achter zich te krijgen. Daarnaast moest bij het ministerie van wederopbouw gewerkt worden aan het verwerven van bouwcontingenten. Daar had men de medewerking van de gemeente altijd bij nodig. Het gemeentebestuur had in die tijd nog een veel grotere betrokkenheid bij de woningbouw dan nu. Huurophaler De huren werden in de beginjaren nog per week vastgesteld. De huurophaler kwam wekelijks bij de huurders langs om de huurpenningen te incasseren. Een dienstverlening die tot in de jaren zestig van de vorige eeuw werd verleend, ondanks het feit dat huurpenningen in de wet als een brengschuld werden en worden gekwalificeerd. De administrateur hield de boeken bij en kreeg dus ook de regelmatige controles van zowel de koepelorganisatie als van het gemeentelijke verificatiebureau over de vloer. Dat was na 1 januari 1963 de heer G. Sijm uit de Raadhuisstraat. Hij meldde de resultaten van die controles per kladbrie^e aan de andere bestuursleden. Zijn grote kinderschaar zorgde voor de verspreiding van de memo's. Zij kregen daarvoor een dubbeltje per adres. Altijd goedkoper dan de PTT. In februari 1961 verzocht de secretaris de gemeente er voor te zorgen dat een bewoner van de Raadhuisstraat de kosten vergoed kreeg voor de aanleg van een gasleiding in zijn nieuwe woning. Secretaris Dudink is van mening dat noch de bewoner noch Willibrordus voor de kosten hoefde op te draaien. Het college meldde dat het Gasbedrijf deze kosten kan vergoeden als die vergoeding via een formulier werd aangevraagd. Controle van de boeken In 1964 deden de commissarissen -net als elk ander jaar- een boekencontrole bij de penningmeester. Het rapport vermeldt dat en voor 300 spaarbrieven aanwezig waren. De rekening van de Boerenleenbank Oudorp bedroeg ƒ26.294,59 en de spaarrekening vertoonde een saldo van 1.773,22. In kas was het bedrag van 85,07. De raad van commissarissen had geen opmerking bij de controle van boeken en bescheiden. Er is in 1964 al een tijdje geen nieuwbouw gepleegd en het aantal woningzoekenden groeide gestaag, De vereniging had vooral wat grotere woningen en namens het bestuur verzocht de toenmalige secretaris A.S. Bizot het college van B W dringend de toewijzing van vier woningwetwoningen type B (kleine woningen) met drie slaapkamers. Tegelijkertijd werd een grond en een bouwvoorschot gevraagd als het college aan de bouwplannen zou willen meewerken. Die medewerking kwam en er werd begonnen met de bouw van 14 woningwetwoningen en 6 zogenaamde premie-A woningen. In die tijd ook wel bekend als Bogaerswoningen. (De KVP-er Drs. P.C.W.M. Bogaers was de toenmalige de minister van Volkshuisvesting). In de begintijd van de Premie-A woningen mochten die 'eenvoudige, doch duurzame' huizen niet meer kosten dan 20.000. Ze werden zowel in de koop- als de huursector gerealiseerd. In februari 1965 schreef de secretaris aan het college dat het tijd werd de woningen te gaan toewijzen. De toekomstige bewoners dienen dat, in de ogen van het bestuur, tijdig te weten omdat de levertijd van meubelen toch wel drie maanden bedragen. Prut en modderbad Als de huizen in het 'Ooievaarsnest' gereed zijn en bewoond was de gemeente nog niet klaar met de nutsvoorzieningen en de bestrating. Secretaris G.A. Hoedjes vroeg de gemeente een beetje op te schieten omdat het 'een waar prut en modderbad is' in Dr. Scheylaan en Roerdompstraat. Burgemeester J.H. Kok meldde in een één regelig brieve: 'Dat met de door u gevraagde werk zaamheden reeds is begonnen. Kroniek van Oudorp 2007 19

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek van Oudorp | 2007 | | pagina 19