Driekwart eeuw dorpstoneel
De toneelkunst in Europa kent een hele lange traditie. Zij vind haar oorsprong
in het oude Griekenland en deed na duizenden jaren en vele stromingen mede
Ou dorp aan. Ook hier gingen jonge jongens en meiden bij het toneel. Ver voor de
Tweede Wereldoorlog werd er in Oudorp reeds toneel gespeeld. Aan de wieg hiervan
stonden de zogenaamde Gezellen. Deze zijn afgeleid van de in Duitsland ontstane
Gezellenverent gingen.
Sint Josephscbooi, de huidige katholieke basis
school 'de Regenboog'. Men leverde binnen
deze Oudorpse organisatie een bijdrage aan de
katholieke vorming van de man. Dit nield in
dat men veel aandacht schonk aan historisch
bewustzijn, zelfvertrouwen, levenslust, vreugde,
verantwoordelijkheid en solidariteit. En men
dacht bij gezellen aan gezellig bij elkaar zijn.
Lichamelijke ontwikkeling en culturele vorming
stonden eveneens hoog in bet vaandel. Zo is de
Oudorpse voetbalclub Kolping Boys indirect
uit de Sint Jozef gezellcnvcrenigïng ontstaan en
is het bekend dat door de Sint Jozef Gezellen
toneelvoorstellingen werden gegeven.
Oude leden van de Sint Jozefgezellen wisten
ons te vertellen dat naast voetbal en toneel, het
gezellig samenzijn ook zaken inhield als: biljar
ten, een kaartje leggen, sjoelen en een drankje
drinken. Hoewel voor wat betreft het laatste
was voor het oude patronaatsgebouw alleen een
vergunning Verlof B afgegeven.
Antoon Coolen
De toneelstukken, die door de gezellen werden
opgevoerd, waren praktisch allemaal van de
hand van Antoon Coolen, een van dc bekendste
Nederlandse schrijvers van romans en novelles,
vertellingen en sprookjes, toneel- en openlucht
spelen.
De bekendste waren o.a Kinderen van ons volk
(1933), De vreemdeling (1935) en De klokken
gieter (1940).
Twee bekende regisseurs in die tijd waren Ab
Tarn is en Gert Meijering. In de gemengde
toneelgroep, een gegeven dat in die tijd niet veel
Adolf Kolping
Zij namen daar in de 19e eeuw
vooral door Adolf Kolping een
grote vlucht. Kolping werd
geboren in 1813 in Kerpen
bij Keulen. Hij was priester
en pionier op bet gebied van
bet rooms-katholieke sociale
verenigingsleven. Als kapelaan
was hij werkzaam in Eberfeld
bij Wuppertal en leerde daar de
katholieke gezellenveremgïngen
kennen die in 1846 gesticht
waren door de onderwijzer
Gregor Breuer. Drie jaar later
richtte Kolping zeifin Keulen
een gezellenvereniging op en van
daaruit wist hij de gezellen ver
enigingen uit te laten groeien
tot een internationaal wijdver
breide organisatie. Doel hiervan
was een bijdrage te leveren aan
de godsdienstige, sociale en culturele vorming
van werkende jongens en mannen. Het begrip
'gezellen' moet je bekijken door de bril van de
19e eeuw. Het waren bijvoorbeeld knechten,
handwerkslieden en ambach tsgezellenNet als
Adolf zelf schoenmakersgezel was geweest. Bij
de dood van priester Kolping in 1868 telde de
organisatie wereldwijd 418 verenigingen met
circa 25.000 leden. Vanuit Duitsland deden
ook in Nederland de gezel lenverenigingen hun
intrede, die hier in 1868 geïntroduceerd waren
door de priester H. van Nispen tot Sevenaer.
Tot aan de Tweede "Wereldoorlog kenden ze een
periode van grote bloei. In bet kleine Oudorp
bestond in de dertiger jaren ook een gezel
lenvereniging, de Sint jozefgezellenvereniging.
Die had zijn thuishaven in een vleugel van de-
Kroniek van Oudorp
2006
12
Tot Oudorp's Plezier