vee schar-
elf is weer
Een beetje geschiedenis
1 Schreier-
'oor mari-
antiek en
aaien. Als
n met het
?t magne-
graadver-
zeilsteen
ek van de
53
1
an op één
instructie
jelijke op-
onrustige
ischapper
geboren
heerlijk is
ijdmeting
eligheid is
r het door
navigeren
nt, en veel
I. Ook een
a graden,
eetinstru-
Passer en liniaal werden gebruikt voor het uitzetten van koersen op de kaarten.
De vlakke voorstelling van de aarde was destijds aanleiding om coördinaten aan te hou
den, namelijk hoek en afstand. Zo ontstaat vanzelf de navigatie: het kompas leverde met
de hemelbreedte de hoek, het log de snelheid, zodat men, rekening houdend met de
verstreken tijd, ook de afstand kende
zon ten opzichte van de horizon meten en daardoor op zee de breedtegraad vaststellen.
Logplankje: hiermee kon men de snelheid meten.
Dieptelood: hiermee kon men de waterdiepte meten op de plaats waar het schip zich
bevond.
'ijking die
Ipool, was
1 tfl!
-ól
Over het tijdstip waarop het kompas precies is uitgevonden, bestaat onduidelijkheid.
Het zou toegeschreven zijn aan Chinezen, Arabieren, Finnen, en anderen.
Het principe van de windroos was al bij de Grieken bekend. Het noorden werd aanvan
kelijk aangegeven door een pijlspits, speer of T (Tramontane); deze symbolen gingen
$5
ca. 1492 over in de nu nog gebruikte 'fleur de lys' (Franse lelie). De lelie is in de leer der
emblemata een symbool van de maagd Maria, van zuiverheid en maagdelijkheid.
Een onderzoek naar een groot aantal 100) middeleeuwse kerken vanaf de 4e eeuw,
wees uit dat de lengteas niet volgens de zon, maar volgens het kompas gericht was. De
eerste Europese vermelding van het kompas dateert van de 12e eeuw, en de eerste be
schrijving van 1269 (Petrus Peregrinus de Mariourt: Epistola de magnete).
I
Een octant
SS
K
I:
I
Si'
-rwv
M'
rli
1
LA
.r.
^KK MIHI
H
♦43
J
J
Jr
1
1
1
f
.4
t
4
1
1
4
4
urt-
(A
I
1
4
i
I
Si
I
s
I
4
■o
I
I
/til
1 v1
"G