In Memoriam.... Cor Booy
Op zaterdag 13 augustus overleed ons erelid Cor Booy (1927-2016). Niet zomaar een
erelid, maar ook oud-bestuurslid en oud-secretaris van onze vereniging. Daarnaast
zette hij zich in als archivaris, auteur en redacteur voor ons verenigingsblad, 'Een
Nieuwe Chronyke', later De Kroniek. Als journalist bij NNC - De Waterlander werd hij
niet alleen bekend door zijn verslagen van de gemeenteraad, maar vooral voor zijn
populaire, historisch getinte, stukjes'Bij ons in De Rijp'. Verschillende keren begeleid
de hij onze leden en geïnteresseerden door
onze eigen dorpen, later uitgegroeid tot de
welbekende Zomeravondwandelingen op de
langste dag..
Cor was een man van het eerste uur.
Hij nam in 1977 zitting in de voorbereidings
commissie om te komen tot onze vereniging.
Binnen de nieuwe vereniging kwam hij in de
documentatiegroep die zich bezig zou hou
den met historische documentatie, stambo
men, topografische kaarten en geluid.
December 1983 verscheen, onder redactie
van Cor Booy, de eerste'Een Nieuwe Chrony
ke'. Veertien jaargangen heeft hij het volge
houden, en toen hij 70 jaar werd, droeg hij
het stokje over.
Natuurlijk kon hij het als journalist niet laten
om als auteur op te treden. In die eerste af
levering al openend met een verhaaltje over
'zijn' Vermaning van West-Graftdijk. Er zou
den nog vele historische artikelen volgen.
Allemaal in zijn eigen verhaaltrant. De lijst van auteurs van de Kroniek vermeldt maar
liefst 135 keer zijn naam. Soms voorzag hij zijn artikelen van eigen schetsen. Eigen
handig, maar ook met hulp van anderen, waaronder Guus Collewijn, zette hij jaren
lang de Chronyke in elkaar. Op de zolder van het Grafter raadhuis werd met typen,
stencilen drukken en binden onder zijn leiding, in stofjas, alles voorbereid ter ver
spreiding. Voor zover mogelijk werd hij geholpen. Maar eigengereid als hij was, trok
hij veel werk naar zich toe. Daarnaast schreef hij 'Over De Rijp gesproken', ten bate van
de Rijper Glazen, alsook een bijdrage voor het boek naar aanleiding van het 150-ja-
rig bestaan van de provincies Noord- en Zuid-Holland, getiteld: Het Schermereilond
rond 1840. En niet te vergeten zijn Starnmeerboek. Later kwamen daar nog achteraan
Troef met stroop' en 'Pudding met bessenpent', titels die dwongen om gelezen te wor
den. Kortom, er is een bijzonder en veelzijdig verenigingslid heengegaan, waaraan
we nooit meer advies kunnen vragen. Wellicht zullen zijn pennenvruchten anderen
inspireren om enigszins in zijn voetsporen te treden of zijn voorbeeld te volgen.
30
v