de Rijper jaren van Betje Wolff en Aagje Deken gaat waarbij de auteur ook nog wel eens
uit het beeld verdwenen is.
Schrijven in De Rijp
In De Rijp brak een voor de Nederlandse literatuur wel heel vruchtbare periode aan. De
vrouwen besloten om hun krachten te bundelen en voortaan voornamelijk onder beider
naam hun werken uitte brengen. "Hoor eens baasjewij doen alles in compagnie..." schreef
Deken aan een goede vriend.
Het werd een werkzaam leven van lezen en schrijven voor zover de ondertussen kwets
bare gezondheid van Elizabeth dat toeliet. Zij moeten dag in dag uit geschreven hebben
zoals het onderstaande staatje laat zien:
De volgende opgave van gedrukte werken (periode De Rijp) is ontleend aan de biblio
grafie van RJ. Buijnsters, 1979. De met een asterisk gemerkte titels zijn in het bezit van
het museum.
Gedrukte werken van Elisabeth Wolff-Bekker
1777 Holland, in't jaar mm,cccc,xl
1778 Beemster-winter-buitenleven
1778 De vryheid, aan den Raad en de Burgery der stad Vlissingen
1779 Proeve over de opvoeding, aan de Nederlandsche moeders
1779 J.G. Raff Aardrykskunde, voor kinderen (2 dln)
1780 Aanhangzel, op den 1druk van de Proeve over de opvoeding
1782/83 Mevrouw de Gravin de Genlis Adele en Theodoor, of Brieven over de opvoe
ding (3 dln).
De Rijp (56 maandenca. 1700 dagen
BW alleen
AD alleen
BW AD samen
604 pp. druks
14 pp. druks
2345 pp. druks
totaal
2963 pp. druks
49