Roemer
Pieter was een tuinder van formaat, zowel zijn gestalte als zijn uitmuntende tuinderskwa
liteiten. Zijn vóórfamilie kwam uit de Schermer, onder Oterleek. Daar had voorvader
Jacob (1778-1816) een veebedrijf met Maartje Schoon (1777-1867).
via de Beemster naar De Rijp, waar zijn vader Jacob, gehuwd met
streek als warmoezenier. Pieter (1905-1986) huwde met Helena
Hooijberg uit de Beemster. Hij was een 'koude grond' teler, maar
had ook veel platglas en kassen. Jo Manassen schreef in 1958 over
Piet: "Als de wind wakkert slaapt hij niet, ook al beveiligt hij met
stormlatten alles tegen glasschade. Hij probeert het ook met bloemen
en dat lukt. Zijn prachtige lelies hebben wel op het altaar bij meneer
pastoor gestaan en Piet Roemer is helemaal niet katholiek. Hij bukt
zich, schuift het glas opzij en woelt voorzichtig met een gekloofde
vinger door de aarde. Hij praat tegen de tomatenplantjes en tegen
zijn bloemkolenHij zegt: 'Het wordt toch tijd dat jullie komen
jongens, waar zijn jullie nouKijk: jij geeft teveel. Drie kooltjes! Of
heb je er nog méér, broer!" Jo Manassen liet zich ook uit over de
toekomst van de tuinderij: Ons vak is er een van rijzen en dalen,
zegt Piet Roemer. Maar hij bewijst dat het kan: kweken onder
glas en kweken in kassen. Dat is van het grootste belang voor het dorp, want wat blijft er
over als het zijn tuinbouw niet weet vast te houden en te verbeteren? Een arbeidersdorp.
Een dorp van forenzen. Eigen industrie heeft De Rijp nog niet. Er zijn nog 47 tuinders in
het dorp. Ze geven met elkaar De Rijp een eigen gezicht".
De Vries
Geertje Roelofsen huwde met Klaas de Vries (1855-1921) uit Bovenkarspel. Vijf generaties
terug huwde rond 1750 Oene de Vries te Heeg met Grietje Frederiks, dus van Friese af
komst zoals de naam al deed vermoeden. Diens zoon Meindert trok naar West-Friesland
en werd een familie van schuitenmakers. Dat duurde voort tot Klaas z'n vader Jan er de
brui aan gaf en landbouwer werd. Ook Klaas was tuinier/landbouwer en was degene die
met twee zonen van z'n oom Lammert naar De Rijp trok. Klaas zijn eerste vrouw, Trijntje
Pennekamp, was na acht dagen huwelijk overleden. Zijn tweede vrouw, Betje Rijkenberg,
kwam van Assendelft en zal mede de oorzaak zijn geweest van hun gang naar De Rijp. Zij
kregen twee huwbare zonen die later tuinder werden, maar zich niet in de Eilandspolder
vestigden. Bij zijn derde vrouw, Geertje Roelofs komen daar nog twee huwbare zonen bij,
te weten Henk en Dorus de Vries, beiden tuinders in De Eilandspolder. Oom Lammert
(1844-1870) bracht twee zonen, Pieter en Lammert, als tuinder naar De Rijp. Uit Henk
en Dorus werden nog twee tuinders geboren die het einde van de tuinderij meemaakten.
Poel
Begin i9e eeuw vinden we veehouder Gerrit Poel in de Beemster, gehuwd met Geertje
Zwart, die elf kinderen kregen. Zijn zoon Jan, gehuwd met Antje Steltenpool, kreeg drie
De lijn naar Pieter leidt
Neeltje Oortwijn, neer-
153
T