"Ik ben burgemeester Dat wist ik wel, dus vroeg ik hem: dat is toch wat, al die recreanten in de polder, is daar nou niets aan te doen?" Hij zei: brieven blijven sturen, dan wordt de man of vrouw vanzelf wel ban?"- Ander werk "Als ik het druk had op het land huurde ik hidp in. Op een gegeven moment begonnen die te protesteren. Ik naar het landje, ze zaten op de Zilversmid, zo heet dat landje, en zag niemand werken. Zaten ze al- Aardappels sorteren op het land Als er weinig werk was in de tuinderij verdiende ik ook niksdan zocht ik ander werk. Ik ging naar het arbeidsbureau en zei dat ik een baan wilde van 40 uur, maar dan wel aan één stuk, anders moest ik steeds heen en weer rijden. Nou dat hadden ze natuurlijk niet. Maar goed, soms werkte ik tijdelijk in de plantsoe nendienst in Amsterdam. Was allemaal wel leuk iverk, heb veel gelachen, maar na een tijdje had ik er ook wel weer genoeg van. Ik heb nooit vast werk gehad. Er waren veel tuinders die helemaal stopten en dan vast werk zochten. Ik niet, ik bleef tot het laatst tuinder. Teelde vooral pootaardappelen en sjalotten. Toen ik stopte, heb ik het land verhuurd aan een boer, het is nu groen. Landschap Noord-Holland wil mijn land kopen, maar daar heb ik geen zin in". Reservaattuinder "Toen die natuurorganisaties het voor het zeggen kregen, werd ik tuinder in een reservaat. Dan denk je: als het om het behoud van het landschap gaat, word ik als tuinder ook beschermd, maar niks daarvan. Het landschap moest beschermd worden door het groen te maken en die vogelbescherming werd gewoon gebruikt om ons te laten verdwijnen. Ze vonden mij altijd een lastig mens, ik liet me niet wegsturen. Ik heb soms wel gelachen met al die voorlichtingsbijeen komsten. Dan gingen ze ons uitleggen dat de polder een reservaat voor smienten moest worden.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2016 | | pagina 122