De bewoners van de huisjes na 1926
vaars op vetmesten en in het najaar verko
pen
Moeder Pietertje Voogt krijgt gezond
heidsklachten. Dokter Koppen uit West-
Graftdijk stuurt haar voor onderzoek naar
het ziekenhuis in Alkmaar, daar wordt dui
delijk dat zij niet meer herstelt. Samen met
wijkzuster Hiemstra zorgt Anne zo goed
mogelijk voor haar schoonmoeder. In 1937
De west en zuidmuur zijn van steen, het
aangebouwde keukentje is van hout en
scheefgezakt. Voor het eveneens scheef
gezakte schuurtje staat een regenton maar
gezien de slechte staat van de ton waar
schijnlijk in gebruik voor iets anders. De
deur naar het keukentje staat open. Anne
(links) en Willem begin jaren '30 met een
onbekende dame in zondagse kledij, Anne
heeft haar pantoffels nog aan. Het is een
mooie zomerdag, misschien een zondag of
een feestdag. De koffergrammofoon staat
open. Hebben zij net gedanst? Gaan ze die
avond uit?
In de crisistijd verliest Willem zijn baan als
boerenknecht in vaste dienst. Hij wordt
dagloner. Anne werkt als wasvrouw of
schoonmaakster, maar ook dit zijn tijdelij
ke banen. Beide zijn gewend aan een karig
inkomen en hebben een moestuin, kleine
boomgaard, kippen en eenden. Willem en
zijn vader pachten een landje waar zij een
overlijdt Pietertje Voogt-Eckhart.
Sieuwert Voogt blijft tot zijn pensioen
wegwerker bij de polder de Schermeer en
blijft in het noordhuisje wonen tot hij be
gin jaren '40 naar Wormerveer verhuist. Ie
dere week komt hij fietsend op bezoek bij
Willem en Anne in de Molenbuurt. Even bij
kletsen, koffie drinken, een sigaartje roken
en natuurlijk de huur ophalen. Zijn laatste
jaren woont hij in een verzorgingshuis, en
overlijdt aldaar op 83-jarige leeftijd. Willem
Voogt wordt per testament de nieuwe ei
genaar van de huisjes. Tot hun grote spijt
blijven ook Anne en Willem kinderloos, en
evenals hun (pleeg)ouders zullen zij een