Een zondagse jurk, wie heeft die nog? De redactie van de Kroniek werd laatst gebeld door mevrouw Rijkenberg-De Jong over het Leeghwaterhuis-artikel van vorig jaar september. Ze miste hier iets in, en ze bleek, behalve gelijk te hebben, nog wel het een en ander te vertellen te hebben. De redactie vond Liesbeth Vrakking bereid een vraaggesprek te doen bij haar thuisZij treft een sprankelende, optimis tische en tolerante vrouw, die makkelijk praat en enthousiast verhaalt over haar leven in De Rijp van vroeger, en van daarna in Purmerend. Gaande het gesprek bleek dat zij nog precies wist hoe dingen reilde en zeilde' vroeger. Hieronder haar verhaal. Kindertijd broers Jan en Andries. Maar ik werd naar mijn overgrootmoeder genoemd, een Simkje werd ik genoemd door mijn vader Friese naam. Op de lagere school werd Gervien de Jong en mijn moeder Johanna ik ook wel Sim of Simmie genoemd, dat Sierhuis. Ik werd geboren in 1926, op 12 no- vond ik wel leuk. vember. Maar wat een lastige naam is het Ik heb tot en met mijn tweede jaar op het eigenlijk. Altijd verkeerd geschreven, vaak Oostdijkje 132 gewoond in De Rijp, tot met een 'p' tussen de 'm' en de 'k'. Mijn ou- vader een nieuw huis zette in de Rech- dere zusjes heten Eva en Jo, en mijn jongere testraat op nr. 15. Tegenwoordig is dat nr. s De Ik ben nooit op de kleuterschool ge weest, die was er nog niet toen ik als kleuter opgroeide. De Jozefschool met toentertijd Meester Put als hoofd, werd vanzelfsprekend mijn lagere school, want ik kwam uit een katholiek gezin. Ik vond het heerlijk daar en had in de eerste of de tweede klas al mijn eerste optreden samen met Jaap Put. "Ik stond laatst voor een poppenkraam," moesten we al spe lend en zingend vertolken. Het was leren Met broer en twee zussen voor ons huis in de Rechtestraat mmsm

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2015 | | pagina 30