hing hier een prijskaartje aan, waarvoor de gemeente de nodige gelden miste.Toenma lig burgemeester Heinrich Kolb (een man wiens dubieuze sympathieën hem na WO II nog tien jaar cel opleverde) werd de motor achter het werven van de benodigde fond sen. Aangeschreven werden het Rijk en de Provincie, en niet zonder succes. De eerste was bereid tot het geven van een subsidie van 40 procent, en de tweede wilde 15 procent voor haar rekening nemen, hetgeen betekende dat er altijd nog 3375 gulden (op een totale bouwsom van 7500 gulden) bij elkaar gesprokkeld moest worden. Ondanks dit zou het project toch doorgang vinden. In Edam werd aannemer J.G. Dekker gevonden. Hij was de laagste inschrijver em 1938 ving het werk aan. Het gebouwtje aan het Noordeinde werd steen voor steen afgebroken en naast het huidige raadhuis weer opgebouwd. De nieuwbouw vormde een uitstekende gelegenheid om ook meteen de verfoeide pleisterlaag, van zowel het bestaande als het nieuw op te richten rechthuis, af te bikken. Hierdoor werden de prachtige, rode handvormstenen weer zichtbaar. Tussen de twee panden werd - geheel in stijl - een laag verbindingsgebouwtje opgetrokken, dat als archiefdienst kon gaan doen. Ook kwam er een arrestantenlokaal, werd de burge meesterskamer ingericht en de secretarie verplaatst. Natuurlijk werd het budget overschreden, maar dat was geen reden om de heropening niet groots te vieren. Zo'n beetje alle hoogwaardigheidsbekleders uit de wijde omge ving waren van de partij om te vinden was. Ook Commissaris van de Koningin Mr. Dr. baron A. Roëll was uitgenodigd, die met een Moge Zuid-en Noordschermer nog meenig jaargroei en bloei tegemoet gaan" het nieuwe raadhuis voor geopend verklaarde. De'burgerij'van Grootschermer heeft ook haar steentje bijgedragen. In de eerste plaats werd er massaal gehoor gegeven om allerlei oude voorwerpen, zoals borden, kannen en pullen, ter beschikking te stellen om het gebouw van binnen aan te kleden. Ook bracht men een bedrag bijeen om de Haarlemse schilder Bogtman een achttal gebrandschilder de glas-in-lood-raampjes te laten maken voor de raadzaal en de burgemeesterskamer. Men was vastbesloten - als een soort eerbetoon - de fundering van het oude recht- huisje aan het Noordeinde te laten staan en er een zandbak voor de jeugd van te maken. Maarzo als dat wel vaker gaat, kon er geen weerstand geboden worden aan de lonkende pecunia. Al in juli van het zelfde jaar besloot de Raad het stukje grond te verkopen. 37

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2014 | | pagina 37