UYT DEN OUDEN DOOSCH
Afgelopen juniom precies te zijn de zeventiende, was het exact 75 jaar geleden dat
het gerestaureerde raadhuis van Grootschermer werd heropend. Op zich geen nieuws,
want restauraties zijn aan de orde van de dag, maar hier was toch wel iets bijzonders aan
de hand.
Wie tot halverwege de jaren dertig van de vorige eeuw Grootschermer aandeed, zag een
heel anders raadhuis dan tegenwoordig. Het was toentertijd wit en in een slechte staat
van onderhoud. Er was in het verleden, net als bij soortgelijke raadhuisjes in Graft en De
Rijp, aan geknutseld door bouwlieden met weinig kennis van zaken. De Alkmaarsche
Courant van 25 juli 1937 schrijft hierover: 'In den vorige eeuw heeft men dit mooie bouw
werk op schandelijke wijze geschon
den door er een laag portland cement
op te smeeren en de kruisramen voor
schuiframen te vervangen'.
Het huidige raadhuis (ook wel recht-
huisje) viel onder het rechtsgebied
van Zuidschermer, terwijl Noord
schermer - toen nog een apart ge
bied - eveneens een eigen recht-
huisje had. In een oud document
staat te lezen: "Enkele minuten gaans
Noordwaarts langs den eenigen weg
die Grootschermer bezit, stond een
zaam, verwaarloosd en tot niets nut,
het Rechthuisje van Noordschermer".
Rechthuisje tijdens de sloop in 1938
Het stamde uit 1652 en was daar
mee dertien jaar jonger dan die van
Zuidschermer. Het was een tijdlang
in particuliere handen geweest en
gedegradeerd tot turfopslag. Eind
jaren twintig kocht de gemeente het
terug, maar behalve het in stand hou
den van een stukje historie, wist men
eigenlijk niet wat er mee te doen. In
de raad was het woord 'slopen'al een
keer gevallen.
Rijksmonumentenzorgen de persoon
van architect A.A. Kok, kwam met
een gewaagd plan op de proppen.
Hij stelde voor de twee rechthuisjes
samen te voegen tot één. Maarzoals
dat vaak gaat met gewaagde plannen
36