In dit etublischein is het verbonden vloeken misbruik maken van'Gods Heiligen Naam' en het 'bezigen van Godslasterlijke vloeken' ver bood. Het kostte hem 25 gulden. Het werd een touwtrekkerij van jewelste en het cassa tieberoep bij een landelijke rechter leverde hem alleen de keuze op om in plaats van de boete zes dagen te gaan 'brommen! Ook in gemeenten buiten de bijbelgordel probeerde men voet aan de grond te krij gen met dit verbod. In 1923 stond het ook op de rol bij de raadsvergadering in Groot schermer. Kennelijk was het niet de eerste keer, want het verzoek werd afgedaan met: "hoewel de Raad het vloeken afkeurt, wordt het bekende vloekverbod voor kennisgeving aangenomen." In de jaren twintig begonnen de confessio nele partijen terrein te winnen en hierdoor kreeg toenmalig Minister van Justitie Jan Donner, de grootvader van voormalig minis ter Piet Hein Donner, het voor elkaar om in 1932 de wet inzake'Smalende Godslastering' er door te krijgen. Zo kreeg het vloekverbod (ook wel blasfemieverbod), via een omweg, toch een plekje in Wetboek van Strafrecht (artikel 147), waar het direct in aanvaring kwam met artikel 7 van de grondwet: vrij heid van meningsuiting. Niettemin kon 'openbaare Godslastering' zomaar een paar maandjes gevangenisstraf opleveren. Zo bleef het een beetje sudderen en werd het al dan niet schrappen van deze wet een herhaaldelijk terugkerend onderwerp op de politieke agenda. Diverse gemeenten op de Veluwe trokken ondertussen hun ei gen plan; het vloekverbod werd gewoon (weer) opgenomen in de APV. Begin jaren tachtig werd het strafbaar gesteld met een boete van 75 gulden. In 1986 begon de lan delijke politiek zich hier mee te bemoeien en vernietigde de Kroon bij Koninklijk Besluit de vloekverboden in zeven Veluwse gemeenten, op grond van artikel 7. Dit was een teken voor de andere gemeenten om toch ook maar eieren voor hun geld te kie zen. Niettemin bleven partijen als SGP en GVP voorstander van het verbod. Men probeerde het juridisch houdbaar te maken door in de formulering niet te tor nen aan artikel 7, maar omdat in de praktijk iedereen een beroep kon doen op vrijheid van meningsuiting, werd het hele verbod een papieren tijger. Hoewel men zich hier van bewust was, werd aan het feit dat het als bepaling is opgenomen in de APV toch een belangrijke, symbolische waarde gehecht. Goed beschouwd is het hele vloekver bod dus van de baan, al is dat officieel pas op 1 februari van dit jaar van kracht geworden. Eric Berkhout Vloekverbod zoals dat in openbare gelegenheden hing 30

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2014 | | pagina 30