VAN LIEDERLIJKE TAAL EN VLOEKVERBODEN
ge]o!xwi+: 2> vo?r d* «rm
tv Jo
Laatst zat ik eens wat te bladeren in een boekje van Jan Mens, en kwam daarin de zinsnede-
tegen: 'hij bezigt liederlijke taal'. Liederlijk, dat woord hoor je niet zo veel meer. Dat liederlijk
niets met lied te maken heeft, is wel duidelijk. Het gaat hier over: losbandig, zedeloos, ontuch
tig. Het komt waarschijnlijk van Duitse 'liederlich', en betekent in die taal ongeveer hetzelfde.
Het viel me op hoe keurig alles gesteld en gespeld werd in dat boekje, heel anders dan de he
dendaagse kost. Onze taal verruwt, zoveel is wel duidelijk, maar hoe was dat vroeger, vroeg
ik me af, wanneer is dat begonnen, die verruwing, dat verbale geweld?
In de tijd van de Nederlandse dichter
Gebrand Bredero ging het nog heel be
schaafd aan toe. Hoewel, misschien wa
ren dit destijds - zo rond 1600 - wel 'harde
woorden'. Uit een van zijn stukken komt
het volgende citaat: "Gaet heen ghy Lap
salver, ghy snoode leugen verkooper,Ghy be
drieger, ghy schelm, ghy loose langtlooper."
Dat gaat tegenwoordig wel anders: ik zag
laatst een oudere heer iemand berispen
voor het fietsen op de stoep; wat hij daar
na naar het hoofd geslingerd kreeg, leek in
de verste verte niet op het bovenstaande
citaat.
]ci df inirlr tljUrji uiitt-n dr Ihtj kers
wc! rullij mi-I VrQ^keTl. Zo I.t'. KtI Ï'T
JujlLninniii htn LCT diMhl
brinvfnh _odtw ijk dr- Vrome, zoen vin
Karei ckL Uróir-, d-.it rn n een
V LutViiT ■.£■- ttfliji mirt ifii itEld 1 j iel
rw>rti doon'.ekvn Verdt-r v. <1 ósar de
sthindpjiL. hel op«h roe ten vin Lippen
(He wuw), het unrulihin vun d»1
1 Lëe eeuw en wtdcrom het dwrttckrn
vun dl' t"n£ (|7t ivmw) Ehiyp (.irrgprtui
IX wi; ren rr.LÏd n'.tn een giwnnn
Lur ^vi 1 i.vt r-m «en v luek m lui'.di^en
jirbtiTM-n ti]Hrnv He mi.^ vmr de lu'rk
iliw c n vp de zevtrtd* i9nd»g «ji
nlrnp 11 ti <:Ii 1 hul.'. Ik' jLiiei fcnjrjj itii
vLcirk, vuur rit' Iwnili' lh- lipLu 1 n
wij l>«t<jr.d voor dc boow vin d* Sint
Pieter tn Rome. IX ir Jtvrk u heden ten
d;if.c i-en isn dr ^r^ntiEeri ter ur-
in de jaren vijftig was men in Nederland -
in ieder geval voor de buitenwereld - be
hoorlijk braaf. Een auteur van weekblad
Margriet, had het destijds gewaagd om
in een artikel het woord 'verdikkeme' te
gebruiken. Hij/zij werd ontboden bij de
hoofdredactie en diende het gewraakte
woord te schrappen. Iets wat we nu zullen
bestempelen als bekrompen, maar toen
de standaard.
Mond spoelen met zeep
Vloeken is van alle tijden. In de afbeelding
hiernaast/onder zien we hoe het er in de
loop der tijd aan toe ging. Vooral de laatste
opmerking is treffend en slaat een mooi
bruggetje naar het 'rijke roomsche leven'
van de veertiger jaren, waar vloeken abso
luut verboden was. Een 'passende' straf in
die tijd was het spoelen van de mond met
zeep. Maar of dat veel hielp, valt te betwij
felen. Toen dacht men er ongetwijfeld an
ders over, maar als we een parallel trekken
met het huidige vloeken en datvan pakweg
60 jaar geleden, kun je concluderen dat het
er in die dagen een stuk onschuldiger aan
toeging. Met'potverdorie' kwam je nog wel
weg, evenals met 'getverdamme', maar wie
de naam van de Heer ijdel gebruikte, wist
dat een gang naar de biechtvader onver
mijdelijk was. Vloeken werd in deze kringen
ook wel'omgekeerd bidden'genoemd.
28