CHRONYKE
EEN NIEUWE
worden bezorgd. Dat eerste nummer kon
pas in december (1982, jawel...) bij onze
leden worden afgeleverd. Dat was ik, toen
maals nog werkzaam aan de krant uit Pur-
merend, wel anders gewend.
Als bijvoorbeeld
de gemeenteraad jjtf
van Graft-De Rijp py
op donderdag
avond vergaderde
(soms tot na 12.00
uur 's nachts, door
de inbreng van
"Redt De Rijp"),
schreef ik nog in
de nachtelijke
uren mijn raads-
verslag, bezorgde
het per auto aan
het kantoor in
Purmerend zo
dat de abonnees
het de volgende
dag in afgedrukte
vorm onder ogen
kregen, met al het
andere nieuws uit
Waterland en om-
geving.
Vandaar dat ik vond dat onze Chronyke
wel wat sneller "van de pers" kon. Al gauw
hoefden bijdragen van links en rechts niet
meer bij "Onze Joep" te worden aangele
verd. Ze konden via mijn eigen brievenbus
en via mijn eigen schrijfmachine worden
verwerkt. Wie het stencilwerk verzorgde
weet ik niet meer, maar ook dat veran
derde na enige tijd. Joep hield door om
standigheden op met het secretariaat. Ik
nam het van haar over en stencilen hoefde
ook niet meer. Dankzij mevrouw De Jong-
Meijer kon ik gebruik maken van de offset
machine in het oude gemeentehuis. Ge
meentebode Arie Kruiswijk leidde me op
tot offset-drukker. Vervolg van dit nieuwe
hoofdstuk in ons verenigingsbestaan was
dat de gemeente de offsetmachine als
"te oud" van de hand deed en overdroeg
aan....onze vereniging! De machine ver
huisde naar het
raadhuis van Graft.
De zolder ervan
veranderde, mede
door mijn hand, in
donkere kamer an
nex drukkerij en pa
piermagazijn. Ik was
voortaan, al enige
tijd niet meer aan
de krant verbonden,
zelfstandig redac
teur, offsetplaten-
maker, offsetdrukker
en papierinkoper op
de zolder van het
historische raad
huis. Tezamen met
enige behulpzame
(bestuurs)leden ook
nog vouwer en niet
jesverwerker om
onze kwartaaluitga
ven rijp te maken voor distributie onder
de leden. Aan dat laatste besteedde ik ook
een aantal autokilometers in de buitenwij
ken. Met als enige inzet en doel: ons blad
zo vlug en zo geregeld mogelijk onder de
leden en belangstellenden brengen.
De laatste paar jaren had ik intussen as
sistentie gekregen bij het drukken en zo.
Guus Collewijn leverde die technische ver
sterking op de raadhuiszolder. Ik hoefde
hem niets uit te leggen van het drukkers-
werk. Integendeel, ik leerde nog wat van
hèm, want hij kwam uit het drukkersvak
en zag kans de oude machine nog wat bij
te stellen, zodat die nog een jaartje langer
mee kon.Tijdens mijn "alleenheerschappij"
47