ZONNECOLLECTOREN EN ZONNEPANELEN De meest verwaarloosde 'gevel'in een bebouwde omgeving is het dakviak. Wie vanaf een to ren in een dichtbebouwde, historische stadskern neerkijkt op de bebouwing rondom, zal be grijpen wat daarmee wordt bedoeld. Het dakenlandschap dat zich aan je ogen ontvouwt, is op het eerste gezicht schitterend. Totdat de eerste opwinding over die nieuwe ervaring gezakt is, je beter kijkt, en de panden herkent die je anders alleen vanaf de straat ziet. Het is vaak schrikken van de gruwelijke littekens van de uit de toon vallende bebouwing en bouwsels, en pas daarna merk je dat veel van die zaken ook vanaf straatniveau gedeeltelijk zichtbaar blijken te zijn. Het dakenlandschap van onze omgeving, vooral in het beschermde dorpsgezicht, is een nog steeds redelijk gunstige uitzondering op het hierboven geschetste, sombere beeld. Wie ooit vanaf de toren van de Grote Kerk het dakenlandschap van De Rijp heeft kunnen be wonderen, weet wat daarmee bedoeld wordt. Natuurlijk zijn er ook in onze omgeving van die littekens, vaak in het verleden onbedoeld ontstaan, maarhoewel De Rijp weliswaar een bebouwing heeft met een sterk stedelijk karakter, is deze toch ook weer veel opener. Er zijn vele stegen tussen de woningen en zelfs doorkijkjes over en weer naar parallel lopende straten en buurten. Ook door de lagere be bouwing is er vanaf straatniveau veel meer waar te nemen van wat er op die dakvlakken gebeurt. Voor de andere woonkernen in Graft- De Rijp geldt die openheid nog sterker. Mede door die grotere mate van zichtbaarheid is er, zeker de laatste ca.50 jaar, omzichtig omge sprongen met alle zaken die op hoog niveau de woonomgeving direct betreffen. Juist die openheid, en de grote mate van historische bebouwing, legt een extra druk op de bewo ners en bestuurders om hier ook in de toe komst zorgvuldig mee om te blijven gaan. Korte geschiedenis van het dak Dakvlakken waren oorspronkelijk geheel gesloten omdat zij immers als belangrijk- Doken in de vroege jaren zestig. Veel pan, weinig raam. ste doel hadden een gebouw te bescher men tegen binnendringend hemelwater. Dit lukte uitstekend met het ruim voorhan den zijnde riet en stro. Pas later kwamen de gebakken dakpan nen. De eerste dakdoorbrekingen ontstonden door het aanbrengen van een rookgat zo hoog mogelijk in het dakviak, waardoor enerzijds een betere trek ontstond en an derzijds zo min mogelijk water kon bin nendringen. Later maakte men rookluiken, 35

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2013 | | pagina 35