een polderbestuur als verpachter van de
pontverbinding wel degelijk ook bestuur
lijke verplichtingen had in het onderhou
den van een en ander. Dat was duidelijke
taal, maar voor de onthutste pensionado
speelde slechts de vraag:"Wie is die man?"
Hij was de heer Tjaden, burgemees
ter van Wijdewormer en waarnemend
burgemeester van de gemeente Jisp.
Maar de polderbestuurders begrepen hun
sociale verplichtingen niet en bleven "teu
gen", omdat die onbegrepen verplichtin
gen nu eens geld zouden kosten in plaats
van de baten door verpachting.
Het moet volledigheidshalve worden ge
zegd dat de voorzitter van het polderbe
stuur, dijkgraaf C.P.Jongens, op eigen ini
tiatief en op eigen kosten wel onderzoek
had verricht of ergens in het rivierenge
bied niet een pont te koop was, bij wijze
van passende oplossing voor de oeverver
binding. Dat was goed bedoeld, maar fei
telijk ook overbodig. Een eventueel defect
aan de pont van Spijkerboor had eenvou
dig kunnen worden verholpen door de
hellingbaas die op geregelde tijden het
periodieke onderhoud aan het vaartuig
verrichtte: Fok Moerbeek in Purmerend.
De echte pontkenner
Hij kende de pont - en niet alleen die van
Spijkerboor - als geen ander. Hij vertelde
mij: "Het is de grootste en ook de lichtst
varende van alle ponten die ik in onder
houd heb. Mijn sleepbootje sleept hem
het makkelijkst van alle ponten naar mijn
werf. Het is doodzonde dat ze hem uit de
vaart willen laten".
Een nieuw fiets/voetgangerspontje wordt officieel in gebruik genomen. 1984.