Tafereel uit (waarschijnlijk) de dertiger jaren. Het pontje legt aan op Spijkerboor.
vrachtauto, ook uit de Beemster, eveneens
mee wilde naar de Spijkerboorse kant. Dat
liep letterlijk scheef af: de pont schepte
water en zonk. Pontbaas Honig en de twee
chauffeurs konden nog net op tijd op de
droge wal springen. Met de schrik vrij,
maar wel beteuterd moesten ze toezien
hoe de vrachtauto en de pont naar het die
pe verdwenen, terwijl de personenauto als
een vreemd amfibievoertuig in het kanaal
bleef dobberen. De bestuurder van een
passerende vrachtauto op de dijk bood
hulp door met zijn auto het dobberende
voertuig op het droge te trekken.
Pont en vrachtauto moesten twee dagen
op de kanaalbodem blijven, tot met hulp
van een man in duikerpak en duikerhelm
kon worden vastgemaakt aan de kabels
van een drijvende bok van Goedkoop uit
Amsterdam. Uiteraard een spectaculair
gebeuren zoals nog niet eerder in Spijker
boor was vertoond. De vrachtauto bleek
onbeschadigd, afgezien van de onvermij
delijke waterschade. Ook de pont kon, na
te zijn leeggepompt, weer drijven.
Niettemin vonden sommige polderbe
stuurders dat er aan het heen en weer drij
ven via een kabel over het kanaal maar een
einde moest komen, aangezien het voort
bestaan van de pontverbinding door scha
declaims en de kosten van de berging een
dikke aanslag op de polderkas opleverde.
Gebruikers genoeg...
De omgeving was het met de voorgeno
men afschaffing niet mee eens. "Zonder
het veer wordt het hier een dooie hoek",
vond men in Spijkerboor. Daarin had men
bepaald geen ongelijk: toeristen per fiets
en met gemotoriseerd maakten gebruik
van de pont en de consumptiemogelijk
heden in en bij het Heerenhuis. Vereni-
37