BE RW
Goed nieuws uit Thailand
De familie A. Pilkes, alhier,
ontving éen dezer dagen de ver
heugende tijding van hun zoon,
de heer E. Piikes, dat hij in goe
de welstand verkeert.
Gevangen genomen op Java,
was hg met andere krijgsgevan
genen door de Jappen op tran
sport gesteld naar Singapore en
vandaar naar Thailand (Siam),
waar zij zwaar werk moesten
verrichten, een slechte behande
ling ondervonden, mishandeld
werden, en bijna geen voeding
kregen.
Het laatste bericht, dat de heer
E. Pilkes van zijn vrouw ontving,
was vanuit een kamp op Java,
gedateerd 30 April 1945.
Van hun twede zoon, de heer
J. Pilkes, eveneens in Indië, werd
nog geen bericht ontvangen.
De ondernemingszin van Aldert sloeg over
op zijn vrouw Neeltje. Helemaal voorin het
huis begon zij een piepklein kruideniers
winkeltje, waar ze grutterswaren, petro
leum en naderhand ook visvergunningen
verkocht.
De kinderen en de Oost-Indiëjaren
In 1907 wordt Evert geboren, en Jan vijfjaar
later. Beiden brengen hun jeugd door in het
huis. Blijkbaar deed Aldert het goed in De
Rijp, want na de gebruikelijke acht klassen
lagere school kon hij zijn kinderen een ver
volgopleiding op de R.H.B.S (Rijks Hogere
Burger School) in Alkmaar laten genieten
Rond de jaren dertig breekt de crisis uit, met
als gevolg weinig tot geen werk. Jan, die net
als zijn broer Evert een MTS-opleiding had
afgerond, hielp zijn vader met de bouw en
het ontwerp van een nieuw model vissers
schuitje.
Al in de jaren twintig had Evert besloten
zijn geluk te gaan beproeven in Nederlands
Oost-lndië. Ondanks dat Jan een baan had
gevonden bij Shell in Amsterdam, volgt hij
in 1938 zijn broer.
Nederlandse ondernemers hadden daar in
1921 de Nederlandsch Indische Suiker Unie
(NISU) opgericht en Evert, die naast zijn
technische opleiding ook op de 'Suiker-
school' in Amsterdam had gezeten, werd
administrateur bij dit bedrijf. Hij sprak (op
den duur) verschillende Indonesische ta
len, en met zijn positie boerde hij daar dus
goed. Ook Jan - van wie eigenlijk niet be
kend is wat voor beroep hij daar uitoefende
- had er beslist geen slecht leven.
Evert Pilkes trouwt in Indië met (Frede)Riek
Aaldricks, de dochter van een Groninger
koloniaal en een Indische vrouw. Dit laatste
maakte meteen duidelijk waar de in 1933
geboren dochter Sonja haar (latere) exoti
sche uiterlijk aan te danken had.
Toen Japan in 1942 Nederland de oorlog
verklaarde en de kolonie binnenviel, bete
kende dit voor alle westerlingen internering
in de diverse kampen. Zo ook voor Riek en
Sonja. Hoewel ze niet voorkomen op de op
internet gepubliceerde lijsten, hebben ze
wel degelijk inTsjideng gezeten, een speci
aal kamp voor vrouwen en kinderen in Ba
tavia. Om je voor te stellen hoe het er daar
aan toe ging, is weinig fantasie nodig.
Berichtje in de Rijper Courant van 29 september
1946.
Van Evert is bekend dat hij heeft moeten
werken aan de beruchte Birma-spoorlijn
en ook na de bevrijding was nog niet al
het leed geleden. Er ontstond een gezags
45
