in het meelpakhuis. Toch was dat sjouwen
van zakken meel niet echt zijn stiel, ook
was het geen vetpot. Hij werd echter door
iemand financieel op weg geholpen en dat
maakte dat hij uiteindelijk in dat notariskan
toor zat.
Wat hij kocht werd in de akte omschreven
als een pakhuis met erf, kadastraal bekend
als sectie B nummer 180. De prijs: 1500 gul
den. Huisschilder en toenmalig bewoner
Jan Kostelijk kreeg de huur opgezegd en
Pilkes begon wederom een schuitenmake
rij. Hij ging een soort samenwerkingsver
band aan met zijn broer Jan, die een soort
gelijk bedrijf runde in Grootschermer. Hij
trouwde met Neeltje Rijkes, een zus van zijn
voormalige werkgever Frederik Rijkes.
Op een later aangekocht stuk land, schuin
achter het huis en recht achter de huidige
Groene Zwaan, werd een botenhelling ge
bouwd. Hier werden reparaties uitgevoerd,
pramen aan boeren verhuurd en roeiboten
aan Vissers van buiten'.
Aldert en Neeltje Pilkes en anderen voor de winkel in de jaren dertig.