Johannes Megapolensis Junior
WILHELMUS GRASMEER
De kerk in Graftdijk was nog niet gesplitst toen er een enorme heibel ontstond. In onze tijd het
ethisch reveil van Van Agt (is al weer even geleden) en de oproep tot een waarden en normen
debat door Balkenende, maar vroeger konden ze er ook wat van. Dominee Wilhelmus Gras-
meer wilde zijn vrouw verlaten en dat heeft hij geweten.
U moet in het onderstaande verhaal geen wereldschokkende feiten verwachten, maar u
moet het zien als een tijdsbeeld. Het is een verhaal dat laat zien hoe erin de i7e eeuw een
enorme commotie ontstond na een vrij simpel feit. Hoe iedereen iedereen in een eindeloze
herhaling beschuldigde, hoe allesbepalend de classis -de regionale vergadering binnen de
protestante kerk- was. En dat alles omdat een dominee het even niet met zijn vrouw kon vin
den.
Het onderstaande verhaal is gebaseerd op een onderzoek verricht door Cor Visser uit Groet
naar de familie Megapolensis. Ondergetekende geeft een deel daarvan in zijn eigen woorden
weer, maar alle informatie en de oude citaten komen dus uit het onderzoek van Cor Visser.
We zijn hem zeer dankbaar voor het voor dit doel beschikbaar stellen van zijn onderzoek
'1600-1700. De familie Megapolensis van Koedijk tot Nieuw-Amsterdam'
EN DE BEROERING IN DE KERK VAN GRAFTDIJK
Wilhelmus Grasmeer (geboren vóór 1628)
was een zoon van Machtelt Willems Steen
gen (geb. 1600) uit haar huwelijk met Gras-
meer. Machtelt Willems Steengen huwde
na het overlijden van Grasmeer met Johan
nes Megapolensis Junior (1603-1669). Wil
helmus Grasmeer, predikant in Graftdijk en
later in Ursem, was dus een stiefzoon van
deze Johannes Megapolensis Junior. Om
dat het enige indruk geeft over het predi
ken in Nieuw-Nederland eerst iets over Jo
hannes Megapolensis Junior.
Eerst schoolmeester in Sint Pancras, daar
na predikant in de Wieringermeer en in
Schoorl en Bergen. In 1642 vertrok het
gezin van Johannes Megapolensis Junior
en Machtelt Willems Steengen met hun
kinderen naar de kolonie Rensselaerswijck
in Nieuw-Nederland. Alle kinderen gingen
mee behalve Wilhelmus Grasmeer.
In het kort de voorgeschiedenis. Hernry
Hudson voer, in Hollandse dienst, in 1609
de naar hem genoemde rivier op. Nieuw-
Nederland werd de naam die hij aan het
gebied gaf. In 1614 ontstond de eerste Ne
derlandse nederzetting, Fort Nassau en in
1624 Fort Oranje. De kolonisering van Man
hattan begon in 1625, het begin van Nieuw-
Amsterdam. In 1629 bood de West-Indische
Compagnie, voor mensen die daarvoor be
langstelling hadden, de gelegenheid om
kolonies te vestigen. Zo ontstonden grote
landgoederen, waaronder de Rensselaers
wijck (patroon Kiliaen van Rensselaer).
De kerkenraad van de kerk van Amster
dam raadde de WIC aan ook predikanten
en ziekentroosters naar het nieuwe land te
brengen. Ze werden betaald door de WIC
en in de daarin liggende kolonies door de
patroons. Kiliaen van Rensselaaer zorgde
ervoor dat Johannes Megapolensis Junior
enthousiast werd gemaakt om zich als pre
dikant in zijn kolonie te vestigen. Mega
polensis wilde gelijk boeren meenemen,
maar Van Rensselaer raadde Megapolensis
aan eerst zelf naar Nieuw-Nederland te
55