SCHUTTERS IN DE STRIJD
Het onderstaande verhaal is door Diederik Aten aangeleverd. Onze dank hiervoor!
De Rijp, Graft en Beemster en de Tiendaagse Veldtocht van 1831
Inleiding
"Dan liever de lucht in", dat zou Jan van
Speijk hebben gezegd toen hij op 5 fe
bruari 1831 de lont in het kruitvat stak van
zijn bij Antwerpen aan de grond gelopen
kanonneerboot. Liever dan zich over te
geven aan de muitende Belgen liet hij zijn
schip met iedereen die erop was explode
ren. Er kwam direct een door de staat ste
vig bevorderde heldenverering rond Van
Speijks actie op gang, want het vaderland
kon destijds een dergelijk voorbeeld van
trouw en moed goed gebruiken. Sinds de
zomer van 1830 heerste er in feite een oor
logstoestand tussen het huidige Neder
land en België, die in 1815 waren samen
gevoegd tot één groot Verenigd Koninkrijk
onder koning Willem I. Maar het boterde
politiek, cultureel, economisch en religieus
niet in dit huwelijk tussen noord en zuid. In
de jaren twintig van de negentiende eeuw
kwamen er steeds meer spanningen aan
de oppervlakte. Nadat in Frankrijk in juli
1830 de middenklassen een liberale revo
lutie hadden ontketend, was er geen hou
den meer aan. Op 25 augustus braken in
Brussel relletjes uit. Dit leidde tot een straf
expeditie onder leiding van Prins Frederik.
Hij trok op 23 september Brussel binnen.
Maar de geest was uit de fles. Half novem
ber volgde de proclamatie van de onafhan
kelijkheid en op 4 juni 1831 werd Leopold I
tot koning van België gekozen. Ondertus
sen draaide de internationale diplomatie
op volle toeren. In november 1830 ging in
Londen een conferentie van de grote Euro
pese mogendheden van start. Zij erkenden
de nieuwe Belgische staat, maar Willem I
legde zich hier niet bij neer. Op 2 augustus
1831 lanceerde hij een militair offensief om
de België te onderwerpen, de Tiendaagse
Veldtocht.
Dit alles had grote gevolgen tot in ieder
Noord-Hollandse dorpje, hoe klein ook. De
plaatselijke schutters werden onder de wa
pens geroepen en bij het leger gevoegd.
Ook de schutters uit De Rijp moesten er
aan geloven. In december 1830 marcheer
den zij af en namen onder andere deel aan
de Tiendaagse veldtocht. Alweer twintig
jaar geleden dook er een verslag van hun
belevenissen op tussen de nagelaten
papieren van de in 1809 te Scharwoude
geboren Jan Kliffen. Hij was in 1830-1832
gelegerd in de citadel van Antwerpen. De
betreffende bescheiden waren in bezit van
de enkele jaren terug overleden streekhis-
toricus J.P. Geus. Hij onderkende de bete
kenis van het verslag en publiceerde het
in 1981 in het tijdschrift Nederlandse his
toriën. Natuurlijk is dit relaas ook publica
tie in De Kroniek waard, temeer de Rijper
schutterij één compagnie vormde met de
schutters uit Graft en Beemster. De beleve
nissen van de Rijper schutters gelden dus
evenzeer voor deze gemeenten. Naast de
avonturen van de schutters in 1830/1831 wil
ik in dit artikel stilstaan bij de organisatie
van de schutterij en het thuisfront. Wat had
het onder de wapens roepen van de plaat
selijke schutters voor de gemeente en de
achtergebleven gezinnen te betekenen?
Bij dat gedeelte van het onderzoek heb
ik mij beperkt tot De Rijp. Maar de Rijper
ervaringen zijn zonder twijfel vergelijkbaar
met die in de gemeenten Graft en Beem
ster.
20