Het doktershuis voorde verbouwing (aanbouw serre), rond 1920 sterk geurende maaltijden werden klaar gemaakt, zoals vis en pannenkoeken. Hier mee werd voorkomen dat het huis naar etensgeuren rook, wat als ordinair werd beschouwd. Links van het huis,verrees de scheepswerf. Alleen de steeg scheidde de twee panden. Door de steeg liepen de patiënten naar de apotheek. Er was geen praktijk aan huis aangezien de dokter toch altijd langs ging bij zijn patiënten. Als je het huis via de voordeur betrad, stond je in een lange gang. Die voerde langs de trap naar boven en diverse deuren. De eerste deur leidde naar de woonkamer, een tweede naar de WC, een derde naar de inpandige keuken, een vierde naar de ouderlijke slaapkamer en de laatste naar de apotheek. De woonkamer was vrij ruim en daarnaast trof je een kinderspeelkamer aan. De tweede verdieping was kleiner vanwege naarelkaartoelopende dakdelen. Desondanks trof je daar vier slaapkamers aan. Al met al was het een geriefelijk huis ook al ontbrak er centrale verwarming. Het enige dat tegenviel was het voortdurende 'geklink'en gehamer, dat zes dagen in de week, vanaf zes uur in de ochtend weer klonk vanuit de scheepswerf. De Koppens waren eraan gewend en sliepen er gewoon doorheen, maar logees keken minder blij op als ze gewekt werden door een voort durend gehamer op metaal. Sowieso was West-Graftdijk voor sommige logees uit de stedelijke gebieden iets te buitenissig of ronduit primitief. Een klasgenootje van Anna's Amsterdamse school, een telg uit een juristenfamilie, smeekte haar ouders na twee dagen logeren haar weg te halen uit het'achterlijke oord'. Om het gezin (financieel) draaiende te houden, voelde Guurtje zich verplicht te genwicht te bieden aan Jans goedigheid. Als hij geen rekening wilde sturen naar arme patiënten dan regelde zij in veel ge vallen dat het toch gebeurde. Soms leidde dit tot hoog oplopende ruzies. Eenmaal escaleerde een dergelijk twistgesprek. Ze griste de vulpen van tussen zijn vingers vandaan en spietste de punt in zijn hand. Ontdaan rende hij naar zijn apotheek om de hand te ontsmetten. Zijn handen waren immers zijn gereedschap. Ondanks dit ex ces moet de dokter veel van haar hebben

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2011 | | pagina 9