niet wachten om het uit te proberen. Hun vader zei nog 'Ga niet het ijs op, het is nog te dun.'Ze liepen het huis uit en samen met een vriendinnetje stapten ze linea recta naar het Lange Bruggetje waar het ijs het meest begaanbaar leek. Ciska prikte met een lange stok in het ijs. 'Zie je wel. Het is best stevig genoeg. Hier kunnen we het ijs op.' Met schuchtere pasjes liepen ze een paar meter over het ijs dat met een daverend gekras inzakte. Met hun laarsjes en dikke jasjes spartelden de meiden in het koude water. De zogeheten dorpsgekzag het alle maal gebeuren en ging er schaterlachend vandoor. Intussen probeerden de'drenke lingen' uit het water te kruipen maar als ze op het ijs trachtten te klauteren, brokkelde het weer af. Bij al dat gespartel verloor een van hen een laars die langs de benen van Ciska gleed. 'Ik voel een vis! Een vis zwemt langs mijn been!' Even leek dit nog enger dan in het water liggen. Gelukkig hoorde een buurtgenoot het geroep en kwam op kousenvoeten naar buiten gerend. Met enige moeite lukte het hem de meisjes er uit te trekken. Slechts één laars moest als verloren worden beschouwd. Als hij er niet inmiddels is uitgedregd dan moeten bij dat bruggetje nog de resten nog liggen. Het hoogtepunt van de winter was de vie ring van Sinterklaas. Dan gingen de kinde ren naar de winkel van Stam om cadeautjes te kopen, leder jaar kocht Ciska hetzelfde voor haar vader - een marsepeinen mini atuur wc met daarin een chocolade drol letje. Wat een pret hadden de kinderen als Jan Koppen dit geschenk uitpakte. Het was in deze winkel dat een vrouw op Ciska af stapte. 'Dag lieve Cissy, weet je wie ik ben?' Ciska keek verbaasd op. Ze zag mevrouw Van de Oord, de echtgenote van de café baas van café Vischlust. 'U bent Vrouw van der Oord.' 'Klopt. Maar ik ben ook jouw tante. Ik ben de zus van je vader.' Ciska schudde verbouwereerd het hoofd en stoof de winkel uit waarbij ze vergat de boodschappentas mee te nemen. Ze rende naar huis en liep gelijk door naar de apotheek waar haar vader in de weer was. 'Pa, U hebt een zuster! Vrouw van de Oord beweert dat zij uw zus is!' Geschrokken stilte. Kennelijk mocht een kind een dergelijk thema niet aanroeren. Jan en zijn zus leefden 'op afstand' van elkaar. Hij keurde haar huwelijk met de cafébaas en de bijbehorende levensstijl af en distantieerde zich hiervan wat hem niet belette om haar als patiënt te hebben en haar beide bevallingen te begeleiden. Na Sinterklaas kwam Kerstmis. Dan moch ten de kinderen uit het dorp in het kerst koor van de Hervormde dominee met die vreselijk lange achternaam, Steenbakker Morilyon Loysen, kerstliederen instuderen om ze tenslotte op Kerstavond in de Her vormde kerk uit te voeren. Vooral de kleine Ciska genoot van het zingen en de mooie Kerstverhalen die de dominee tussendoor vertelde. Zijn warme bas gaf extra cachet aan de vertellingen. Dat Ciska van doops gezinde huize was, deerde deze aimabele en beschaafde man niet. In de kerk stond een huizenhoge kerstboom die versierd was met talloze echte kaarsjes. Ook tijdens het oefenen van de liederen werden de kaarsjes ontstoken door de koster. Naast de kerstboom stond een emmer met wa ter, klaar voor het geval dat... En aan het eind van het zingen doofde de koster de kaarsjes met een lange stok waaraan hij aan het uiteinde een natte spons had be vestigd. Mammie en Jan ontvingen niet alleen be zoek, ze hielden ervan om ritjes te maken en anderen te bezoeken -als de praktijk 144

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2011 | | pagina 16