gengeld'of'koppengeld'geheten.
Verder speelde de zondagsrust een gro
te rol. Vanaf het begin van de 20e eeuw was
er een tendens de zondagsheiliging te ver
sterken. In 1924 werd een verordening op
de winkelsluiting vastgeslteld die bepaal
de dat alle winkels op zondag gesloten
moesten zijn. Eigenaren van 'kijkhuizen'
konden die bepaling ontduiken. Ze exploi
teerden immers geen winkel. De bekend
ste daarvan was Sijtje Boes, die zich in 1921
op Marken vestigde.
Tegen Sijtje Boes o.a. was de verorde
ning bedoeld 'dat niemand meer met lui
der stemme mag uitnoodigen tot het be
zichtigen van een woning en ongevraagd
zich mag aanbieden tot gids en wegwijzer'.
Sijtje Boes richtte een brief aan de ANVV
(de Algemene Nederlandse Vereniging voor
Vreemdelingenverkeer), zichzelf affiche
rend als 'houdster van een 'showhouse' en
winkel voor het vreemdelingenverkeer'. De
ANVV vroeg burgemeester Brug om een
reactie. Die antwoordde dat het kwaad
vooral onder degenen zat'die met allerlei
praatjes de menschen in hun woningen
lokten en daar meenden alles te mogen
zeggen en doen wat hun goed dacht'. Soms
met het doel 'op een of andere manier
binnenshuis het medelijden op te wekken
en min of meer de menschen af te persen'.
Mej. Boes was volgens de burgemeester
één van degenen, die zich als lastig open
baarde. 'Zij neemt de allures aan van een
verkeers-agent'.
In 1932 kwam de verordening dat 'alle
winkels in de gemeente Marken zijn des
zondags den gehelen dag gesloten voor
den verkoop van waren onder welke bena
ming ook'.
En in 1938 kwam er felle strijd over de
verordening dat'alle cafés moeten sluiten
van zaterdagavond 10 uur ('s winters om
6 uur) tot maandagochtend 7 uur'. Govert
de Jong: 'als prins Bernhard met de Piet
Hein op zondag in de haven komt en hij
mijn inrichting bezoekt, moet ik hem dan
weigeren? 'Voorzitter: 'ja'. Raadslid Kaars:
'en waar moeten de vreemdelingen heen
om hun behoefte te doen op Zondag als
alles dicht is?' Voorzitter: 'er zijn genoeg
openbare toiletten'. Kaars: 'maar niet voor
dames'.
Ook in 1938 kwamen er felle protesten van
Sijtje Boes. Zij haalde de landelijke pers
naar Marken om over de handhaving van
de zondagsrust te berichten. In vele artike
len werd zij in alle standen gefotografeerd.
Ook in 1938 was, net als in 1925, het verzet
van Sijtje Boes vergeefs.
En zo kreeg Marken zijn stempel als een
steil gereformeerd dorp met een zware
traditie, waar de zondagsheiliging streng
werd gehandhaafd. Het heeft de toeristen
uitbinnen-en buitenland niet weerhouden
van een bezoek aan het'calvinistisch reser
vaat'. Hoewel de toeristen-industrie werd
begeleid door verordening, regelingen
enz., werden anderzijds vele maatregelen
getroffen ten gunste van het toerisme. Het
traditionele dorpsgezicht werd beschermd
en de middenstand en toeristenbedrijven
kregen de ruimte.
Een gids laat haar kleding zien.
164