BOEK UIT DE MUSEUMBIBLIOTHEEK:
Hoe pastoor Meinard Man van
Graft carrière maakte in 1501
In de bibliotheek van het museum staan
honderden boekwerken. Elders in dit num
mer vertelt Henri van der Plaat hoe deze
collectie beschreven is en hoe daarmee de
collectie ontsloten is. Henri van der Plaat
en Atie van Olst hebben daar heel wat
donderdagochtenden aan besteed.
Ondanks deze systematische beschrij
ving is het ook leuk om zo eens onsystema
tisch te kijken of te grasduinen in de boe
kerij. Zo stuitje op een lijvig boekwerk over
de abdij van Egmond. Het boek dateert uit
1973. De schrijver is de benedictijner mon
nik pater Hof, een bekend historicus.
Omdat het vorige nummer de geschie
denis van Grafter Kerk bevatte, lees ik wat
er over Graft geschreven staat in deze kro
niek van de Egmonder abdij. Graft wordt
genoemd bij het jaar 1509.
Op 1 september 1509 brak er brand uit in
de boerderij van het klooster te Egmond.
Hooibroei was de vermoedelijke oorzaak.
Enkele dagen na de brand brak de zeedijk
bij Petten door en het zeewater gutste het
Noordhollandse land binnen. Het water
stond tegen de muren
van de abdij. Zes weken
later stierf de abt. Het
was de uit Gelderland
afkomstige Hendrik van
Wittenhorst van Rees
die veel had bijgedragen
aan het strikte naleven
van de kloosterregel.
Zijn opvolger was de
eerste abt die niet van
adel was: Meinard Man. Tekening Ruïne westgevel Abdij
Hij was wel verwant von Egmond
Bibliotheek museum
aan aanzienlijke families, zoals Van Foreest
uit Alkmaar en de notabele Haarlemse
Van Lispen. Deze Meinard was in 1492 be
noemd tot 'vice' pastoor in Graft. De kerk in
Graft was namelijk een zogeheten vicarie,
begeving of presentatie van de abdij van
Egmond. Vaak was dan een benedictijner
monnik pastoor, maar omdat die mon
nik in het klooster verbleef, kon hij geen
praktische zielzorg verrichten in een vica
rie op minstens een halve dag reisafstand.
Daarom werd een vice-cureyt benoemd.
In Egmond was het in die jaren rommelig.
Tussen 1490 en 1500 werden strenge her
vormingen doorgevoerd. In 1501 besloot
de Grafter pastoor zijn vicarie er aan te ge
ven en in te treden in de toen weer zuivere
Egmonder abdij.
Hij werd benoemd tot
pastoor van een vicarie
van de abdij en stelde
op zijn beurt ook weer
een vice-pastoor aan die
in dezelfde positie ver
keerde als hij zelf de tien
jaar daarvoor in Graft. In
1505 werd Meinard met
een delicate missie naar
slot Ypelaer gezonden,
een kasteeltje bij Breda
119