f
Tekening van Jacobus Stellingwerf uit 1740 waarbij hij, op grond van Leeghwater's gravure, het
dorp Graft vanuit het zuidwesten tekende.
waterdicht te houden en toch het hout te
laten 'ademen'. Indien het lood niet water
dicht bleek of het hout verstikte dan was
zo'n spits binnen de kortste keren verrot.
Was dit in de jaren 1648 en 1649 ook ge
beurd? Stierp kende, als Akersloter, de
kerk van Graft slechts oppervlakkig maar
tekende toch een Romaans uiterlijk. Leeg-
hwater kon, als naaste buur, nauwkeuri
ger zijn en tekende ramen in de romp en
een meerzijdige absis aan de achterzijde.
Bovendien moeten we niet vergeten dat
Leeghwater een bouwkundige achter
grond had. De tekening van Leeghwater is
dan ook gebruikt voor de reconstructie en
die van Stierp ondersteunt het. Het bleef
een eenvoudig Romaans zaalkerkje met to
ren, zeer wel passend in die tijd. Jawel een
toren, misschien was het de oude toren of
was er na ruim een eeuw wel een nieuwe
nodig. In ieder gaval staat de toren op de
prentjes duidelijk niet centraal voor het
middenschip. De stenen toren wordt nog
eens benadrukt door Leeghwater, want
daaraan was een afluiving gebouwd, welke
diende als onderkomen van het burgerlijk
bestuur. Leeghwater schreef daarover: Het
eerste Raat-huys van Graft dat was bewesten
aan de stenen Tooren in een Lu if daar de
Heeren Schepenen hare Regtplaats hadden.
De afluiving is waarschijnlijk weggehaald
na het gereedkomen van het nieuwe raad
huis in 1613, of heeft mogelijk nog gediend
als bijruimte voor de kerk.
De gedaante van het kerkje zal door de
bestuurlijke deling van Graft en De Rijp
in 1607 nauwelijks veranderingen hebben
ondergaan. De Rijp was immers in 1529 al
begonnen met een eigen kerkje voor zijn
gelovigen. Zijn er nog resten over van de
Grafter kerk? Als die er zijn moet dat on
dergronds worden gevonden. Begin vo-
15
