Jan Hoek -Hendriks broer uit Haarlem- kocht het nadat Beumer zich er verhan gen had, waarna Jo Smit het gebruikte als onderkomen voor de koeien. Er stonden meerdere gebouwtjes waarvan twee ge schakeld en even lang met het topschot naar het water gericht, daarvoor een afdak, dat vastzat aan, wat heel eufemistisch, 'de nieuwe schuur'werd genoemd. Het zag er allemaal stokoud uit: gelige stenen muren, golvende pannendaken, dichtgespijkerde ramen en een verzame ling schots en scheef getimmerde planken die aan de straatkant samen een omhei ning vormden. Via een poort in diezelfde omheining kwam je op het terrein, dat een soort binnenplaats was. Als kind was dat geweldig interessant, al die dieren, je liep er zo naar binnen en Hendrik vond het al lemaal best. Om overbevolking te voorkomen kwam er om de twee weken -op zondag- een Joodse handelaar voorrijden in zijn Ame rikaanse slee. Na stevig onderhandelen kocht hij een flink aantal dieren die, wat als publiek geheim werd beschouwd, be stemd waren voor de Belgische vivisectie laboratoria. Hendrik -ik was denk een jaar of vijf- sneed een keer voor mijn ogen een ko nijn de strot af. Ik zie het nog voor me: hij haalde het beest uit het hok en vroeg of ik hem wilde aaien. Een paar seconden later spartelde die langoor in zijn grote knuist en was het gedaan met hem. Misschien was hij het die ochtend al van plan of hij deed het om mij te choqueren; ik ben gil lend naar huis gerend. Het eilandje achter de Artis, dat nu de kin derboerderij is, werd met het vasteland verbonden door een heel typische, hoge brug, tenminste als je twee naast elkaar vastgespijkerde baddingen over een sloot, een brug kunt noemen. Die hoogte had tot doel om het scheepvaartverkeer, in de vorm van pramen hooi, de vrije doorgang te verlenen. Niet geheel onbelangrijk want in die tijd ging alles over het water; men verweidde de koeien per praam en tuin ders haalden met de vlet hun oogst naar huis. Op hetzelfde eilandje stond ook nog een boetje met dieren. Hier hield Hendrik wel eens een middagdutje en at hij zijn dage lijkse hoeveelheid eenden- en kippeneie ren, rauw wel te verstaan, zo uit de dop. In de loop der jaren werd er af en toe al wat gesloopt op de Artis, maar in 1975 ging de poort definitief dicht om plaats te ma ken voor een dubbel woonhuis dat met elkaar verbonden werd door de garages. Hendrik verhuisde naar de Mieuwijdt en stierf daar in 1986 op 82 jarige leeftijd. Een groen bordje op de garage van het boven genoemde woonhuis, met daarop in goti sche letters 'De Artis', is het enige dat nog herinnert aan dit voormalige dierenrijk. De twee huizen op de plek van de Artis kregen respectievelijk de nummers 13 en 11 toebedeeld, maar waar Venbuurt 9 dan gestaan moet hebben weet niemand. Een mogelijkheid is dat nummer 9 vroeger aan een van de Artis gebouwen was toe gewezen. Het is in elk geval niet zo dat op de open plek, links naast de Artis, een huis heeft gestaan, want dit stuk grond hoort bij het enige, nog echt oude pandje, aan de zuidkant van de Venbuurt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat dit een rijksmo nument betreft. Venbuurt 7, de voormalige bakkerij van Gerard Abels. Abels en zijn vrouw waren van origine geen Rijpers. Hij kwam uit Twente en me vrouw Abels uit het Gooi. In 1924 trouwden ze en namen de bakkerij over van een ze kere Van Diepen die vertrokken was naar Alkmaar. 192

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2009 | | pagina 24