ER WAS NÓG EEN ZOUAAF UIT DE RIJP
In een vorig nummer van De Kroniek
schreef Jan Deckwitz (Kroniek 2008, pag
199 e.v.) een artikel over de Nederlandse
Zouaven, met de vermelding dat er vier
Zouaven uit De Rijp afkomstig zijn ge
weest en één uit Graft. Freek Woestenburg
meldde mij dat er nog een vijfde Zouaaf
uit De Rijp is geweest, namelijk Piet Dek
ker. "Hij was de vader van tante Jans", al
dus Freek. "Ik herinner me hem uit de tijd
toen ik een schooljongen was, van een jaar
of negen. Hij had nog het uniform van de
pauselijke Zouaven en dat droeg hij bij ge
legenheid van de intrede van een nieuwe
pastoor. Hij was ook in het bezit van een
relikwie, welke hij had gekregen bij wijze
van herinnering of onderscheiding dat hij
in pauselijke dienst was geweest. Het was
een blokje was, ongeveer zo groot als een
luciferdoosje. Daarin zat een splinter die
afkomstig zou zijn geweest van het Kruis.
Mijn vader, tbc-patient, kreeg af en toe
bloedspuwingen. Dan haalden we het re
likwie bij tante Jans en dat werd dat onder
vader's kussen gelegd".
Zouaaf Piet Dekker is na zijn overlijden
niet op het r.k. kerkhof in De Rijp begraven,
maar op de begraafplaats in Westbeemster,
omdat hij uit de Beemster afkomstig was.
Dat is de waarschijnlijke oorzaak dat Jan
Deckwitz deze strijder voor de paus in het
Rijper memoriaal heeft moeten missen.
Wat de oorlog van de paus tegen Gari
baldi betreft, vermeldt Deckwitz nog de
naam van de Lutjebroeker Zouaaf Pieter
Jong, die in de strijd is gesneuveld. Hij
noemt daarbij Monte-Libretti als de plek
van die gebeurtenis. Mij, als niet-katholiek,
speelt de "slag bij Albano" als belangrijk
wapenfeit uit die oorlog in de herinne
ring. Dat wapenfeit leerde ik kennen uit
een leesboekje van de r.k. jongensschool
in Purmerend. De school stond schuin te
genover het redactiekantoor van de krant
waar ik 28 jaar aan heb gewerkt.
Ik werkte in die tijd onder meer aan een
serie over namen van boerderijen in de
omgeving. In Kwadijk stond een boerderij
met de nam Albano op de voorgevel. De
boerderij bleek eigendom van opa Koning,
in zijn omgeving ook wel "Koning Snor"
genoemd, wegens de respectabele knevel
die zijn aangezicht sierde.
Merkwaardigerwijs kon opa Koning me
niet helpen op mijn vraag waar de naam
op zijn boerderij aan ontleend was. Echter,
ik herinnerde me uit de tijd dat ik dagelijks
en meestal via de Zuidervaart in de Scher
mer, naar school in Alkmaar fietste, dat er
aan de Zuidervaart een boerderij stond
met op de poort de naam "Hoeve Albano".
Daar woonde in die tijd "de boer met het
witte boord". Dus daarheen om nadere in
formatie. De boer met het witte boord was
al geruime tijd overleden, maar zijn zoon,
die Thijs Koning bleek te heten, was beter
op de hoogte dan zijn verre familielid in
Kwadijk. "De naam herinnert aan de slag
bij Albano, tijdens de strijd van de Zoua
ven", wist hij.
Aldus iets wijzer geworden, vroeg ik aan
de hoofdonderwijzer van de r.k. jongens
school, meneer Giegengak, of hij me wat
meer over die Zouaven kon vertellen. Als
antwoord leende hij me het leesboekje
waarin de Zouavenstrijd en het sneuve
len van Pieter Jong uit Lutjebroek stond
vermeld. De verhalen van Jan Deckwitz
en Freek Woestenburg riepen dat allemaal
weer bij mij in herinnering. Zo werkt dat
soms in de journalistiek!
Cor Booy
126