maken. "Ik ben net 'n boodschappenjongen op de Zaan", glimlacht Masereeuw genoeg lijk. "Een paar blikken verf hier, 'n vat olie daar. Vijf zakken varkensmeel hot, tien blik ken carbolineum her. Bloem links, lijnkoeken rechts. Platen triplex en stopverf, loodwit en weet-ik-veel: tatatarata! hier is de schipper. Wie heb d'r nog deklast, want de schuit ligt voor de wal!" Waar zijn de Koophandel i t/m 7 gebleven? De 1, de 6 en de 7 zijn in 1952 naar Suri name verkocht en verscheept (en zijn tot op heden niet terug gevonden), de 2 ligt in Groningen (en wordt opgeknapt), de 3 ligt in het centrum van Londen, de 5 ligt iets verderop in deThames bij Reading, en de 4 is spoorloos. De schippers Als we terugkijken zijn in de geschiedenis van de Firma S. Visser de schippers -naast de grondlegger van het bedrijf Simon Vis ser Fzn- de echte "helden" van het verhaal. Al zullen zij dat destijds zelf waarschijnlijk zo niet hebben ervaren. Wat maakte het werk van de schippers zwaar en bijzonder? De schippers, en zeker de schippers die op Rotterdam voeren op de Koophandel 1 t/m 4, waren om te beginnen de hele week weg. Op maandagochtend werden voor dag en dauw om 5.00 uur de Kromhout-motoren met een enorme knal gestart en zaterdag aan het eind van de middag begon na een week varen het weekend. En dat 51 weken per jaar, en dat voor een aantal schippers meer dan 40 jaar achter elkaar. De vaartocht naar Rotterdam duurde 10 uur, in de zomer maar ook hartje winter. Aan het begin van de vorige eeuw zonder stuurhuis, gewoon in de open lucht. Later met stuurhuis (een "houten hokkie"), maar zonder kachel. Aan boord geen sanitair (slechts een melkbus met water) en geen kookgelegenheid (anders dan een pitje om koffie en thee te zetten). Voorin het

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2009 | | pagina 19