p» nenvervoer van de baan en het vracht vervoer van velerlei aard. Voor tuinders in de omgeving van De Rijp worden de groenten naar de vei lingen in Langedijk en Purmerend ver voerd; er komt een geregelde dienst via de Zaan naar Amster dam, Leiden en Rot terdam voor het ver voer van grondstoffen en eindprodukten van de vele fabrieken aan de Zaan; er komt een twee wekelijkse "boodschappen dienst" tussen De Rijp en Amsterdam via de Zaan. Een jeugdherinnering In januari 1991 publiceerde Jan Deckwitz een prachtig boekje getiteld 't Vlotje en drie andere Rijper verhalen", die zich af spelen rond 1950 en daaruit de volgende jeugdherinnering: "De schuiten in de sluis werden op koers gelegd, de pook bij de motor in zijn vooruit gezet en het gas wat meer open. Onder de geopende brug door ging het nu de Tuin- gracht in. Bij alles de helpende hand biedend had je intussen niet vergeten om aan een van de tuinders te vragen of je mee mocht varen naar schipper Visser. Het mocht meestal wel en soms zat je zelfs aan het roer. Een rijk ge voel was dat; soms gaf je een beetje meer gas. Dat werd altijd meteen gecorrigeerd door de tuinder, want met een hekgolf ach ter de boot door de smalle gracht varen was onzin. Bovendien waren er tegenliggers, het waren de schuiten die al leeg terugkwamen, op weg naar huis. Kalm aan dus. Voorde Kra- lingerbrug bij het werkvlot van de gebroe ders Spaarman moest je wachten tot de brug werd opengemaakt. Aan de Kralingerbuurt lagen de vracht schepen van schipper Visser afgemeerd. Soms tot in een rij tot aan turfschuur Het Lam toe en er lag dan ook nog wel eens een boot bij de hoge houten schuur van de maalderij van Nat, aan de overkant van de Kralingergracht. De Koophandel Twee of de Koophandel Vier ging bijvoorbeeld naar de Purmerender veiling waar de groente de vol gende morgen geveild zou worden. Aan een van die boten moest worden vastgemaakt om over te laden of bleef je langszij liggen als er gewacht moest worden. De Koophandels, uitgezonderd één ervan, waren slanke mo torschepen met een rechte voorsteven en een ronde achterkant, een geveegd kontje zoals het heet. Zwartgeteerd en met een brede witte band rondom. Bij de voorsteven, in een rode plaat uitgestanst stond de naam van de boot. De stuurhut was roodbruin en met mal-letters was de naam van de schipper en ook de tonnage erop vermeld. Voor de stuurhut lag de machinekamer en daarvoor dekte een lange rij gebogen luiken het ruim af. Aan beide kanten ervan liep het gangboord naar voren. Meteen achter de rij luiken stond de mast met ernaast de lier. Nog verder naar voren stond de koekkoek van het vooronder, de ingang van het schippersver- blijf. De grote gelakte houten mast met de giek staken boven de huizen van de Kralinger buurt uit. Namen van de schippers uit die dagen zijn: Cor Zomerdijk, Jelle Klompma ker, Henk Nibbering, Jaap van der Stelt en Thomas Nibbering. De groenten werden van de tuindersvlet met de hand overgeladen naar het ruim van de vrachtboot. Wanneer je later kwam was het makkelijker je kisten en zakken op de boot te zetten. Deze was dan door het ge wicht van de lading uit de voorgaande boten MOTORDIENSTEN Firma S. VISSER DE RIJP. r 5 GOEDERENDIENSTEN 2 DE WIP - ZAANSTREEK AMSTERDAM. 5 'VS'MCW J DE RIJP PURMEREND »-■«'«* NtCCRlMW 67

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2009 | | pagina 15