Het oude Scht rmer werd later ook wel
het Noordeinde van Schermer genoemd
(of Noord-Schermer), in tegenstellii g tot
het later ontstane Zuideinde van Scher
mer (Zuid-Schermer), later Grootscher
mer genoemd. In 1399 lag het bestuur en
de rechtspraak in handen van vijf sche
penen uit het Noordeinde van Schermer
en drie uit het Zuideinde onder de schout
van Schermer (zie ook bij Schermer-
horn). De 'oud Schermers' of Noord-
Schermers stonden bekend als 'wat rouw
van manieren', de strijd tegen het water
had het karakter gevormd. Bekend zijn
verhalen over strijd tussen de Schermers
en de Oosthuizenaren over de bevissing
van de Beemster. Omdat de (Noord-)
Schermers van geen ophouden wisten is
het mogelijk dat daar hun bijnaam, de
Wroeters of de Mollen, vandaan komt.
De Zuid-Schermers heetten de Wildjes of
de Snoeken (De Grafters de Kraaien, de
Rijpers de Eksters en de Oosterbuurters
de Spierings).1
Het laatste kerkje in het oude Scher
mer (het kerkje is een aantal keren ver
plaatst, ook vanwege de natheid) stond
op de plaats van de molen de Havik aan
de noordkant van de Gouw. Het kerkje,
in dezelfde tijd gesticht als het Mijzen-
kerkje, stond eerst westelijker. In 1296
werd de kerk vernieuwd en qua bouw
sterk verbeterd. Misschien kwam hij
toen al op de plek van de molen de Ha
vik. In 1450 volgde een volgende ver
nieuwing en de kerk werd nog vergroot
in 1514. In 1612 stortte het kerkje in en
in 1817 werden de restanten opgeruimd.2
Over het ineenstorten in 1612 bestaat
een legende. Men zag het kennelijk aan
komen, want de afspraak werd gemaakt
dat gekeken zou worden in welke rich
ting de kerktoren zou neerstorten. Die
richting zou bepalen aan welke bevol
kingsgroep de klok zou toevallen, aan die
van Schermerhorn of aan de groep die
woonde op het verlengde van de Oude
Zeeburg.3
Noten
1. P. Schuurman, Het Schermereiland
WFON 14 (1940), 113 en 114
2. Een Nieuwe Chronyke; 2003 nr. 3, 125 e.v.
3. P. Schuurman, 116
De restanten van
oude kerkje van
Schermer dat in
1612 instortte.
Tekening van Pronk.
RANH.
172