de gemeente Heerhugowaard te voegen. De gemeente kwam toen met het alter natieve plan om de gemeenten Scher- merhorn, Zuid- en Noordschermer (in 1811 ontstaan) en Oterleek samen te voegen. Dit plan werd per 1 augustus 1970 geëffectueerd. De gemeente in zijn geheel telde in 1811 444 inwoners, in 1850 609 en in 1885 ongeveer 800 (341 in het oude dorp, 211 langs de Schermerdijk en de Molen weg en 248 langs de Noordervaart. In 1970 had de gemeente 1098 inwoners (292, 229, 438).6 De molen 'De Otter' stamt uit 1900.7 SCHERMER EN WESTMIJZEN De oudste dorpen van het Schermerei land en omgeving waren (West)Mijzen en (het oude) Schermer. Westmijzen ont stond in 950 a 1000 na Chr. langs de Gouw in de Mijzenpolder. Het kerkje (gesticht in het begin van de lle eeuw) stond aan het einde van de huidige Vrou- wenweg. Noten 1. J. K. de Cock, Bijdrage tot de historische geografie van Kennemerland op fysisch-geografische grondslag (1965), 205 en 206. 2. Inleiding inventaris gemeente Oterleek; RAA 3. Fontes Egmundenses, 75 4. Inleiding inventaris Hervormde Kerk Oterleek; RAA 5. De Schermeer en zijn Banddorpen (1983), 127 6. Inleiding inventaris gemeente Oterleek; RAA 7. De Schermeer en zijn Randdorpen (1983), 125 Schermer ontstond tegelijkertijd, waar schijnlijk in de buurt van de veenrivier de Schermer. In de loop van de tijd ver schoof de vestiging, vanwege de grote waterproblemen, naar het oosten, om uiteindelijk in de buurt van de Gouw op het Schermereiland terecht te komen (aan de noordkant van het Schermereiland). I Het kerkje in de Mijzen dat in 1745 werd afgebroken Tekening van Boomcamp uit 1740. RAA. 171

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2008 | | pagina 55