In 1919 was er sprake van een echt aktiecomité met als motto 'De Schermeer wederom één zelfstandige gemeente'. Het comité bestond uit: C. Kramer Glijnis (Oterleek), P. Groenwoudt (Schermerhorn), P. N. Groot (Alkmaar), S. M. Zuurbier (Oudorp), J. Madderom (Grootschermer) en J. Lakeman (Akersloot), met als se cretaris J. Heep in Stompetoren. Er werd zelfs een brochure uitgegeven met een historische toelichting. ENKELE HISTORISCHE TOELICH TINGEN. De Polder „DE SCHERMEER" (Bedijkte Schermer) thans gesplitst en versnip perd in verschillende gedeelten, die aan de omliggende gemeenten zijn toe gevoegd, was vroeger (van 1644-1795) één geheel en geplaatst onder een ge heel afgescheiden bestuur. Deze splitsing en versnippering, tweeggebracht in de revolutionnaire beweging van 1 795 is nimmer wettig tot stand gekomen en nooit rech tens bekrachtigd. Nimmer werd er iets tot het onderhoud van de naburige gemeenten bijgedragen en nooit werd eenig inwoner van De Schermeer in het bestuur van een der aangrenzende ge meenten gekozen. Eerst in 1794 matigden de plaatse lijke besturen van Graft en Akersloot zich het recht aan om plaatselijke be lastingen te vorderen van die ingezetenen van De Schermeer, die onder de rechts macht dier gemeenten ressorteerden. Het Dijkbestuur van De Schermeer ver zette zich hiertegen bij Heeren Gecom mitteerde Raden van West-Friesland en het Noorder-Kwartier, doch in die woelige tijden kwam men tot geen be slissing. Integendeel: de besturen der omlig gende gemeenten maakten zich langza merhand meester van het burgerlijk bestuur over De Schermeer, zoodat de gemeente Schermeer stilzwijgend werd ingelijfd bij acht verschillende gemeenten. Hieromtrent heeft nooit een uit drukkelijke bepaling bestaan. De tegenwoordige verdeeling is dus niet het gevolg van bepalingen in het Octrooi van Bedijking, maar alleen een gevolg van een willekeurige en on rechtmatige daad, ten koste der inge zetenen gepleegd door revolutionnair geweld. De acht omliggende gemeenten was slechts de rechtsoefening opgedragen in De Schermeer en wel tijdelijk. (Zie opdracht van de Staten in 1644). Nooit is aan den polder De Scher meer eenige last ten behoeve der omlig gende gemeenten opgelegd. Vóór het dichtmaken van den Ring dijk moesten alle geïnteresseerden ten volle voldaan worden voor hunne aan spraken op eenig deel van De Schermeer. Het recht der acht omliggende ge meenten is dus onbewezen en onbe wijsbaar. Zie voor verdere bijzonderheden: Het Octrooi van Bedijking, verleend aan De Schermeer bij resolutie der Staten van Holland en West-Friesland van 26 September 1631. Pogingen in 1814, 1846 en 1855 aangewend om wederom tot een zelf standige gemeente te geraken zijn ech ter mislukt. Waardoor? Door tegenwerking van enkelen, maar ook omdat de Staten de belangen der omliggende gemeenten hooger stelden dan de belangen van De Schermeer. Maar de belangen der omliggende gemeenten zijn onrechtmatig en kun nen, ook niet door lengte van tijd, verheven worden tot een wettig ver kregen recht. Alle manlijke, meerderjarige inwoners van de Schermer werden uitgenodigd hun handteke ning te zetten op een verzoekschrift aan de regering. 145

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2008 | | pagina 29