tekort boxen zodat er provisorisch boxen
werden bijgemaakt in de werkruimte. De
hutten voldeden want door de speciale
bewaarmethode liep de buitenlandse
vraag op naar aardappels uit De Rijp en
omstreken.
De vergaderingen van de ABC werden
kennelijk steeds gezelliger want in de
vergadering van 30 december 1952 werd
voorgesteld om twee consumpties voor
rekening van de ABC te nuttigen om het
bezoeken van vergaderingen te stimule
ren. De aanwezige leden waren het daar
natuurlijk mee eens. In dezelfde verga
dering werd ook een uitbreiding van de
hutten in overweging gegeven omdat
men te kampen had met ruimtegebrek.
Alledaagse dingen kwamen aan bod, het
wateren tegen de hutten moest verboden
worden alsook het drankgebruik moest
worden teruggedrongen.
De bewaarhutten hadden geen elek
trisch licht. Doch eind 1950 vond men
dat de potershut (hut C) i.p.v. met loop
lampen met een vaste lichtinstallatie
moest worden uitgerust. Van Straaten
bleek de laagste inschrijver voor dit klus
je met een bedrag van ƒ4.585,00. Het
gaat echter niet door, er wordt ook al ge
ëxperimenteerd met TL-buizen dat voor
lopig voor eigen (losse) verlichting mag
worden aangewend. De afzet van de
aardappelen laten de eerste jaren een
groei zien om daarna stabiel te blijven
zoals het volgende staatje laat zien:
Jaar van afzet: kilo's aardappelen:
1952
1.445.968
1953
1.517.872
1954
1.786.350
1955
2.451.100
1956
2.451.200
1957
2.308.850
1958
2.410.150
1959
2.020.755
1960
2.218.775
1961
2.183.415
Een jaar na de opening waren er nog
problemen met de rode panslag op de da
ken, maar dat werd door Kuin kosteloos
opgelost. De bestuurders, blij met deze
aanpak, gaven daarom de dakdekkers
nog een fooi van 25,00. Later bleek de
reparatie niet afdoende en dreigde zelfs
een proces over de reparatiekosten, er
werd echter besloten de Fa. Kuin met
ƒ360,00 tegemoet te komen. Ook de ver
warming in het kantoor bleek ontoerei
kend zodat bij Kaptein een nieuwe petro
leumkachel werd gekocht. In 1956 werd
er geklaagd dat de hutten en werkruimte
zo overvol waren. Het bestuur vond dit
lastig met een sluitende exploitatiereke
ning had men nog geen zin in verdere
investeringen. Men hoopte dat na de eer
ste bewaring meer hutruimte vrij zou
komen. Eind 1957 werd ook besloten tot
een plafond van asbestboard om warmte
verlies tegen te gaan want in dat jaar
bleek 6.000 liter olie te zijn verstookt.
Ook toen al problemen met de energie
want de ABC kreeg ook te maken met
spertijden van het P.E.N. Van 5 tot 6 uur
werd het net stroomloos gemaakt, 's- f
middags of 's-avonds staat niet vermeld.
Ook werd aangekondigd dat onderhoud
nodig was omdat enkele houten kolom
men waren geknapt; was dat door belas
ting of slijtage doordat ze in het donker
werden aangereden? In ieder geval werd
het gerepareerd en versterkt.
Eind 1960 klaagde men over lekkende
daken en goten. De twee goten naast de
werkruimte werden met nieuw zink be
legd (ƒ700,00) en de volgende vergade
ring bleek reeds het dak van de werk
ruimte belegd te zijn met asbestcementen
golfplaten. Er werden meteen een aantal
verbeteringen voorgesteld zoals het be
dekken van de rest van de opslaghutten
ABCD met golfplaten (ƒ13.104,00), de
afzuigkokers naar boven in de hutten te
brengen en 4 deuren in de oostgevel van
deze opslaghutten aan te brengen om in-
92
