Dankbetuiging Met dank aan de heer P.J. Rol te Egmond aan Zee en de heer N. Scholten te Tilburg. Noten A Archief ANH Archief Noord-Holland (Haarlem) NA Notarieel archief ORA Oud Rechterlijk Archief RAA Regionaal Archief Alkmaar SAW Streekarchief Waterland 1. Dit artikel is voor een belangrijk deel gebaseerd op gegevens verzameld door Pieter Schotsman 24 oktober 2004). 2. Schermerhorn: zie bijvoorbeeld ANH, toegang 253, map 83 (kadaster), 17.11.1831. Voor Grootschermer: zie bijvoorbeeld RAA, ORA Zuidschermer, inv.nr. 6336, 12 januari 1798 (met dank aan Margreet Hoek). Misschien heeft er ook nog korte tijd een grutterij in het Noordeinde van Graft gestaan. Rond 1656 woonde daar namelijk de doopsgezinde Jan Jansz 'gortmolenaar, men noemt hem ook wel meelmaker'. A. Blaauw, 'Doopsgezinden in Noordeind in de 17de eeuw', in: Doopsgezinde Bijdragen, nieuwe reeks 27 (2001) 119-175, deze vermelding p. 156. Opvallend is het geringe aantal grutmolens op het platteland wat door Van der Woude in Het Noorderkwartier wordt vermeld. Voor 1731 (p. 333) vermeldt hij er 23 in de vier steden, 5 in de Zaanstreek en 1 op het overig platteland. Volgens mij waren er in dat jaar naast de Grafter grutterij vrijwel zeker ook grutterijen in Grootschermer en Schermerhorn. Voor 1811 (p. 304) zijn m.i. ten onrechte geen grutterijen vermeld voor Graft, De Rijp en waarschijnlijk ook voor Schermerhorn. 3. H.W. Lintsen e.a. (redactie), Geschiedenis van de techniek in Nederland De wording van een moderne samenleving; deel VI, Techniek en samenleving (Walburg Pers, Zutphen, 1995) 267 e.v.. 4. RAA, A Graft, inv.nr. 8, fol. 236 r. De bedragen zijn uitgedrukt in guldens stuivers penningen. 5. Leo den Engelse en Pieter Schotsman, 'De korenmolens van Zuidschermer en de impost op het gemaal', manuscript. De derde korenmolen op het Schermereiland (de tweede in Graft), De Haan, zou pas in 1590 of kort daarna worden gebouwd. 6. RAA, Abanne Graft en De Rijp, 1348-1607, inv.nr. 17. 7. G.H. Keunen, 'Moleninventarisatie', in: B.W. Colenbrander e.a. (red.), Molens in Noord-Holland (Amsterdam, 1941), 93-233. Hierin op p. 171: 'De eerste watermolens op het Schermereiland werden gebouwd in 1542. De een was geplaatst 'halver weghe den Ouddijk nae de Volger toe' bij het Kruiswerk in de Grafter Koog - en de ander op de plaats van de huidige 'Menningweermolen'. 8. RAA, ORA Graft, inv.nr. 6439, fol. 201v. 9. De gegevens over de boekweitcultuur zijn ontleend aan Slicher van Bath, B.H., De agrarische geschiedenis van West-Europa (500-1850), (Aula, derde druk, Utrecht/Antwerpen 1976), 225, 260, 287, 290 e.v., 10. Kaptein, Herman, 'Streekcentrum in wording - De economische ontwikkeling van een marktstad', in: Aten, 1)., J. Drewes, J. Kila en H. de Raad (redactie), Geschiedenis van Alkmaar (Zwolle 2007), 91-103. Dit citaat p. 103. Als de interpretatie van destijds juist was, dan zullen er rond het midden van de zeventiende eeuw in de Zaanstreek en op het Noord-Hollandse platteland toch veertig of meer grutterijen moeten hebben gestaan. 77

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2008 | | pagina 21