Met de komst van de brandspuiten kwam er ook wat meer organisatie van de brandbestrijding in De Rijp. De klapwaker maakte deel uit van de nachtwacht. In De Rijp moest elke man vanaf 21 jaar wachtlopen. Tussen de steunberen van de Grote Kerk langs de Tuingracht stond ook het wachtlokaal van de nachtwacht, van daaruit liepen de mannen hun wachtronde. De gemeente stelde in 1699 z.g. geaf- fecteerden aan. Dit waren mannen vanaf 16 jaar die verplicht op moesten komen bij brand. Zij ontvingen een vergoeding voor deze dienst, kwamen zij echter niet dan wachtte er een flinke boete. De geaf fecteerde had een brandweerpenning met een nummer die hij moest inleveren bij het hoofd van de spuit, op die wijze werd gecontroleerd wie er waren geko men. Dit was de eerste vorm van een ge organiseerde brandweer in De Rijp. Doordat het een opgelegde aangelegen heid was waren de brandweerlieden niet altijd even gemotiveerd. Dat was w.s. ook de reden waarom er een boete stond op het niet verschijnen bij brand. Er was sprake van een slechte organisatie en discipline was er in het geheel niet. Halverwege de negentiende eeuw werd de telegraaf uitgevonden, dit zou mogelijkheden kunnen bieden tot een snellere alarmering van de brandweer. Hier was in De Rijp in 1900 echter nog geen sprake van. Een anekdote uit het boek "Notities aangaande het beste dorp van Holland" verteld over het jaar 1900 waarin de brandweer gealarmeerd werd door het geroep van "brand!" in café "Cambrinus' in de Rechtestraat, het café waar de brandweerlieden, de avond voorafgaand aan de brand, hun vergoeding hadden omgezet in drank. Nog beneveld door de drank werden de sterk verouderde brandspuiten te voorschijn gehaald en werd getracht de brand te bestrijden. "Het had meer weg van een kermis dan van een brandbestrijding. Er werd ge sproken over een feest der wilden die, opgewekt door vuurwater, ronddansten Bulletin om het vreugdevuur. Het was een erger lijk gezicht, mannen te zien rondwagge- len door de jenever. Foei, zoiets moest verdwijnen".citaat uit "Notities aan gaande het Beste Dorp van Holland" Waarschijnlijk was via het postkan toor per telegraaf de nachtwacht in Mid- denbeemster gewaarschuwd waardoor het kon dat de brandweer uit de Beem- ster al snel assistentie kwam verlenen om de brand te blussen. In die bewuste nacht in 1900 viel het café samen met drie aangrenzende panden ten prooi aan de vlammen. In 1912 werd bij raadsbesluit de eerste "Vrijwillige Brandweer" van De Rijp op gericht. Tevens werd besloten een motor spuit met slangen aan te schaffen welke in de raadhuis op de Kleine Dam werd gehuisvest. De motorspuit werd getrok ken door een paard uit de stal van Cor Blokdijk die stond naast het huidige café van Oudejans. Daarnaast werd er een "wekschellen- systeem voor brandmelding" aangeschaft. Wekschel De vrijwilligers, onder leiding van commandant en gemeenteopzichter K. Humer, kregen thuis een wekschel. De wekschellen werkten op een onafhanke lijk stroomnet doormiddel van een bo vengronds kabelnetwerk. De comman dant van de brandweer kon met een z.g. inductor stroom opwekken om de wek schellen te activeren en zo de vrijwilligers

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Kroniek : Graft-de Rijp en Schermer | 2008 | | pagina 41