Uitgevoerd in het gebied rondom de Benedenweg. Benut je specialiteit, of het de nu
Vossen, de Wagenaars, de Tollen, de Nieuwlanden of de Duiven zijn.
Door de verkaveling moesten alle bedrijven inventief zijn, want je moest percelen
huren of kopen op vreemde locaties, die niet dicht bij huis lagen. (Denk aan de
percelen in de Woudmeer en de Wieringermeer). Daarbij moest je rekening houden
met welk type grond je nodig had voor je bedrijf. Afstand was nu van ondergeschikt
belang, want met de auto konden we ook naar het bollenland bij Haarlem. Als wij de
bollen hadden gerooid, bracht Jonker Transport ze naar Sint Pancras.
Het werk ging door met mijn broers, we hadden genoeg om handen, maar mijn leven
kreeg toch een andere wending. Op 14 november 1984 werd Sander geboren. Inmid
dels had ik er goed over nagedacht en kreeg ik het gevoel dat ik mijn laatste tijd
binnen het familiebedrijf had gewerkt. Geen ruzie hoor, maar soms wilde je wat
anders doen. Alhoewel ik jaren na mijn vertrek bij de firma toch vaak hielp als er een
vierde man nodig was.
In 1985 kocht ik een vissersboot in Den Oever van van der Hooft. De naam van de
boot was Catherina Cornelia, 29 meter lang en met een Kromhout 110 pk dieselmo
tor. Je had in die dagen geen (groot) vaarbewijs nodig, maar met de hulp van collega's
kreeg ik het vak onder de knie. Dit was mijn nieuwe beroep: sportvisser. Vanuit Den
Oever naar het wad of naar de Afsluitdijk met een groep sportvissers. Dit zes a zeven
dagen in de week, van 08.00 - 16.00 en later in de weekenden daarna ook van
17.00 - 23.00 uur. Dus voor 6 uur uit je bed en samen met Marijke naar Den Oever.
Ik de boot klaarmaken en Marijke koffie zetten en broodjes klaarmaken in het
kombuis. Drukke dagen. Je was wel wat gewend, maar moest wel elke keer de
boot op orde maken voor de volgende dag. De pieren en spiering werden bij ons
aangeleverd. De hengels moesten in orde zijn, maar ook het eten en te drinken.
De eerste keren was het voorzichtig naar je stek varen, want er was toen nog geen
(goede) navigatie apparatuur. Later met een app op je laptop kon je met behulp van
GPS precies varen waar je wilde. Alles goed in de gaten houden, want de zandbanken
en geulen verplaatsen zich elk jaar. De start ging met vallen en opstaan. In het
tweede jaar ging de boot lek en moest worden gerepareerd. Je wilt het niet geloven,
maar dit kwam doordat er een heel zware bahco (moersleutel) op de onderplaat een
gat had gemaakt in de bodemplaat. Gelukkig wist de brandweer het water uit de boot
te pompen en met behulp van een blok hout en handdoek met een stempel wisten
we het lek te dichten. Je moest soms heel creatief zijn. Later op de werf zag je de
handdoek door het gat.
In het derde jaar liep de Kromhout dieselmotor vast en moest de boot gemaakt
