Op deze prachtige foto is
Piet Smit op helling van Bertus
Potveer te Warmenhuizen bezig
aan een roeischuitje. Piet zittend
op een rol. Ook het houten
hellingvlak is goed te zien. Op de
achtergrond een ligt een praam.
De hennep, ook wel "het werk"
genoemd, wordt in de naden van
het roeischuitje gedreven met
breeuwhamer en breeuwijzer.
Ook is op deze foto te zien dat strookjes zink werden vastgespijkerd over zwakkere
plaatsen of als het hout gescheurd was.
Nadat het houten schuitje voldoende was opgedroogd,
werd het opnieuw in de koolteer gezet en vervolgens werd
de binnenzijde schuit bestrooid met gestampte stukjes
schelp. Dit plakte dan vast aan de nog verse teer. Deze
laag (tevens anti-slip-laag) was onmisbaar, want koolteer
had de lastige eigenschap dat het telkens opnieuw kon
smelten in de volle zon. Vooral in een veepraam werd op
de bodem een dikke laag schelp gestrooid. Ter bescher
ming van de bodem, maar ook om te zorgen dat de
koeien goed grip op de bodem hadden.
En tenslotte nog een plaatje van
een miniatuur-helling, gemaakt door
Jan Wijn, als samenvatting van dit
verhaal.
Wordt vervolgd.
Houten kloetschuitje, of melker schuitje.
De schelpjes op de curven (spanten) zijn nog goed zichtbaar.