De loods gaf dit direct door aan Centrale Vlissingen en informeerde de scheepvaart.
De bootsman via de interne communicatie gewaarschuwd, stond al standby de
ankers. Door de snelheid konden we het schip nog redelijk op koers houden, maar
die nam snel af en 5 sleepboten lagen al snel vlak bij ons om een sleeplijn vast te
maken. We wisten met behulp van wind en stroom rond te draaien en het anker met
6-7 mijls vaart te presenteren. Dit is niet zonder risico maar het pakte goed uit en
we kwamen veilig ten anker net buiten de vaargeul. Na 4 uur repareren was het euvel
verholpen en konden we onze reis voortzetten. Eerste aanloop haven was San Juan,
Puerto Rico. Bij vertrek, de loods al aan boord, belde de hoofdwerktuigkundige met
de mededeling dat hij de hoofdmotor niet kon starten in verband met tegenslag.
Een week later na een monteur over gevlogen vanuit Miami, onderdelen vanuit Italië,
2 x met sleepboten verhaald te zijn naar een andere positie in de haven, was het
probleem opgelost en konden we weer vertrekken. Kinderziektes bij een nieuw schip?
In totaal heb ik vier termijnen van 4.5 maand gedaan op de 'Sluisgracht' met tussen
pozen van 3 maanden verlof. Voornamelijk met papier vanuit Rauma in Finland
naar Baltimore en Jacksonville aan de oostkant van Amerika. Op de terugweg naar
Europa hadden we wat meer havens waar we gingen laden, maar twee havens waar
we regelmatig terugkwamen waren Savannah in Georgia (Amerika) en Vila do Conde
in het noorden van Brasilie bij Belem. Daar werd zo genaamde China clay (Kaolin)
in bulk geladen, dat we naar Kotka en Rauma in Finland brachten en bestemd is
voor de papier industrie.
Op een van deze reizen, na eerst het ruim vol met 15000 meter rollen papier en
4 Wartsila motoren van 100 meter geladen te hebben in Finland, en aansluitend
jachten geladen in Southampton aan de Engelse zuidkust. Het was in de herfst en
de weersverwachting zag er niet echt goed uit toen we vertrokken met 32 jachten
aan dek.
Volgens de SPOS, het weer routering systeem aan boord, konden we het beste een
zuidzuidwestelijke koers aanhouden, maar door de hoge noordwestelijke deining,
was dit door het zware slingeren niet zonder gevaar de deklading te verliezen en
verlegden we de koers wat meer naar het westen, met de zee en deining 2 streken
(22 kompasgraden) van stuurboord in. Dit ging redelijk en we maakten nog
12 knopen. Maar de wind begon na 2 dagen langzaam toe te nemen tot een wind
kracht 9 uit het westnoordwesten. Snelheid 8-9 knopen met veel groen water over het
voorschip. Na 3 dagen weinig verandering; alleen de snelheid liep verder terug omdat
de deining zich steeds verder ontwikkelde en we de spoed van de schroef verder
moesten terugnemen tot halve kracht.
153