Na 2 maanden had ik het wel gezien in het achteruit en kon ik overgeplaatst worden naar een kleiner scheepje van de maatschappij de 'Dongeborg'; een coastertje van 500ton met een lengte van 48,50 meter en een diepgang van3 meter, bemanning van 7. Hiermee voeren we met zout vanaf Delfzijl naar de Oostzee om daar weer hout te gaan laden voor Nederland. Dongeborg Beverwijk, Utrecht via het Amsterdam-Rijnkanaal en ook Frankrijk, Fecamp en Engeland, Bideford. Laden en lossen duurde met deze kleine scheepjes in die tijd een week. Het hout werd plank voor plank in het ruim gestuwd (in die tijd in Finland door vrouwen) en in Nederland werd in omgekeerde volgorde weer plank voor plank een pakket gemaakt en dit werd dan met eigen losgerei (3 tons laadboom) van boord gehesen. Deze kleine scheepjes hadden in die tijd nog geen radar en VHF-radio. Bij mist werd vaart terug genomen en goed uitgeluisterd of er geen mistseinen van andere schepen te horen waren. Als er niets werd gehoord werd er langzaam doorgevaren. Werden er mistseinen van andere schepen gehoord, dan werd er nog frequenter geblazen en de hoofdmotor gestopt tot dat het geluid van het andere schip langzaam wegstierf. Als de mist te dik was, werd er een ankerplaats gezocht onder de kust. De veiligheid m.b.t. werken aan dek en in de ruimen door de bemanningsleden, speelde toen nog nauwelijks een rol. Deklasten sjorren en met dekkleden inpakken bij temperaturen onder nul. Dan stond je op een ijzig potdeksel zonder life-line of zwemvest buitenboord sluitin gen vast te maken met ijskoude handen. Of op een stellingplank om buitenboord wat bij te plekken of te schilderen. Je moest dan als een aap naar boven en beneden via het touw van de plank. Werkkleding of veiligheidsschoenen bestonden toen nog niet op de koopvaardij. Werkhandschoenen kocht je zelf bij 'Jan Kapotje', de scharrelaar die elke reis in Delfzijl aan boord kwam om z'n handel (scheergerei, zeep, shampoo, en het artikel waaraan hij zijn bijnaam ontleent) te slijten. Die veiligheid is in de loop van de jaren langzaam beter geworden. In totaal zal ik op 15 schepen van Wagen borg varen, voornamelijk in de Oostzee en Finse Golf waar in die tijd, midden en eind jaren 60, nog met grote schijnwerpers vanaf de Russische en Estonische kust de zee afgezocht werd naar kleine scheepjes die naar Finland wilden ontsnappen. Het zag er allemaal wat sinister uit.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2018 | | pagina 136