besluiten om in 1998 hiermee te stoppen. Het seizoen 1995-1996 wordt gestart met
een bezetting van 4 lijnen van 12 paren.
Dat is volgens het bestuur ook het maximum waarmee we in De Geist willen spelen:
24 tafels. Mede door de gezelligheid binnen de club komt er, in dat seizoen steeds
meer aanwas van nieuwe leden en moet het bestuur besluiten om een wachtlijst aan
te leggen. In de notulen van 4 juli 1996 wordt al gesproken van een wachtlijst met
32 personen. Hierdoor wordt de TC geconfronteerd met een nieuwe situatie. Paren
die aan het eind van het seizoen uit elkaar gaan en met een partner van buitenaf
willen gaan spelen maakt, dat we over de 24 tafels ofwel
96 spelers gaan komen. Er wordt naast de transferlijst een
lotingslijst in het leven geroepen. Leden, die een
sabbatical jaar willen gaan houden, krijgen het probleem,
dat ze het jaar daarop, als ze weer in willen stromen, op
de wachtlijst komen te staan. Als oplossing hiervoor komt
het fenomeen "niet-spelend lid" uit de hoge hoed. Op de
A.L. van 1996 wordt voor het eerst een wisselbeker
uitgereikt aan de clubkampioenen.
Dit jaar valt de eer te beurt aan Ellen en Kees van Gennip. En om ook de andere
lijnen een beker te kunnen laten winnen wordt voorgesteld om voor het seizoen
1996-1997 een 50 beker in het leven te roepen. Deze wisselbeker kan worden
gewonnen door het paar, dat dat jaar het dichtst bij de 50 is gebleven. Voor het
bekostigen van de Clubkampioen beker en de 50 beker worden sponsors gezocht
en gevonden. Het is ook in deze tijd, dat de, door vele geroemde, bridgeweekenden
worden georgani
seerd. Met name
Koos Geerling is
hiervan de
grootste voor
trekker. In 1996
gaat de club voor
het eerst op stap
en wel naar Berg
en Dal, waar Tiny
van Veen haar
domicilie heeft.
29