Bij drukte hielp mijn moeder ook mee in de zaak en als mijn vader even op pad
was, nam ze de zaken waar. Dat viel niet altijd mee, want als iemand wat kwam
ophalen wist ze lang niet altijd waar alles lag verstopt op de overvolle werkbank.
Soms ontbrak de naam en zat geen rekening bij. Zelf wist hij alles wel te vinden,
want (alleen) in zijn brein stond alles wel netjes opgeslagen. Bij mijn vader moest
iets "functioneel" zijn, dat wil zeggen het moest het doen en hoe het eruit zag was
niet zo belangrijk voor hem. Er was eens een huisarts uit Oudorp en er was een
poot van zijn bureau losgebroken. Hij belde of mijn vader dat kon repareren.
Nou, dat kon hij wel. Dus het bureau werd gebracht. Nadat mijn vader de poot weer
vast had gelast, zodat het bureau weer stevig en niet wiebelend op de poten stond,
ging het bureau weer richting Oudorp. Resultaat: een kwaaie dokter aan de
telefoon die had verwacht dat mijn vader het bureau weer als nieuw zou hebben
afgeleverd, opnieuw gespoten en al. Dat vond mijn vader dan gezeur, want het
bureau deed toch wat hij moest doen?
Als het wat
rustiger was ging
mijn vader zelf
wat bedenken.
Zo heeft hij in
1979 een flinke
windmolen
gemaakt. In de
oorlog had hij
namelijk samen
met zijn vader al
eens een kleine
windgenerator
gemaakt voor
het licht, de accu
en de radio. Dat wilde hij nu op grote schaal doen, met aluminium wieken van
2,5 meter lang en net zo opgebouwd als een vliegtuigvleugel. De mast maakte hij
van 3 stalen pijpen. Die wogen samen 350 kg en alles werd 15 meter hoog.
Die moest in de achtertuin tegen de garage komen te staan. Beton werd gestort
voor de scharnierende voet en toen moest dat ding nog omhoog getakeld. Dus
boven in de nok van de (houten!) werkplaatsgevel een katrol gemaakt. Toen werd
een staalkabel ergens halverwege de liggende mast bevestigd, door de katrol in de
Eind jaren 50. Aris senior samen met Aris junior aan het werk.
163