daar maar. "Zonde om die blauwe raceauto, die op bakfietsbanden stond daar brodeloos te laten staan", dacht Jan. Jan daaraan gebeld en vroeg wat men met de auto deed die daar achter het huis stond? "Je mag hem wel meenemen, hier doen we er toch niks meer mee", was het antwoord. Gauw naar huis, Ruud ophalen en de auto naar huis duwen. Er moest gesleuteld worden! De motorfiets moest uit elkaar gehaald worden, om ingebouwd te worden in de auto, hadden ze bedacht. Na veel gesleutel moest er proefgereden worden op de Achterweg. Want het belangrijkste was natuurlijk, HIJ MOEST WEL RIJDEN! Na een paar keer aanduwen sloeg de motor aan en reed Jan ermee weg. Moeder Stam op de motor Er zat nog een lekker gangetje in, maar de politie had er inmiddels lucht van gekregen en nam het racemonster in beslag, Zonde natuurlijk. Maar om weer op het gebeuren met de Uniebus terug te komen, Jan rommelde wat aan de pook die uit de grond stak, gaf gas bij en liet onderwijl het andere pedaal zachtjes omhoogkomen en daar gingen we. Het talud af naar beneden en naar het achterste doel van het voetbalterrein en ondertussen bijschakelend, de bocht om en weer richting bovenspeeltuin. Wat gas bij geven, want anders kwam je het talud niet op en bovenaan gekomen twee keer de bocht om en de bus staat weer keurig op de plek waar hij stond. Motor uit, geweldig vonden we het! Raceauto van Jan en Ruud Stam 154

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Klin - Sint Pancras | 2016 | | pagina 155